Het KU Leuven-onderzoek naar de behandeling van endometriose, een gynaecologische aandoening, krijgt jaarlijks tot 1 miljoen euro steun van het Deense BioInnovation Institute (BII), en dat voor de komende drie jaar. De twee partners zullen in het nieuw project CurE-me (Curing Endometriosis) nieuwe potentiële behandelingen uittesten.

Endometriose is een ziekte die wereldwijd naar schatting een op de tien vrouwen van vruchtbare leeftijd treft. Alles samen gaat het om ongeveer 190 miljoen vrouwen. Bij patiëntes met de aandoening groeien cellen van het baarmoederslijmvlies (endometrium) die normaal aan de binnenkant van de baarmoeder voorkomen, ook buiten de baarmoeder. Patiëntes ervaren vaak ernstige pijn en klachten als abnormale maandstonden, pijn tijdens het vrijen en erns tige problemen om zwanger te worden.

Tot op vandaag bestaat er geen genezend medicijn voor endometriose. Behandelingen zijn er vooral op gericht om de symptomen onder controle te houden met pijnstillers en hormonen. Met het CurE-me-project wil professor Hugo Vankelecom (departement ontwikkeling en regeneratie van de KU Leuven) daar samen met het Deense BII verandering in brengen.

De onderzoeksgroep van Vankelecom ontwikkelde de voorbije jaren een uniek 3D-model of 'organoïde' dat menselijk endometriumweefsel nabootst, in gezonde of zieke toestand zoals endometrioseletsels. Die organoïden zijn ontwikkeld uit biopsieën van endometrioseletsels, verkregen van patiëntes van het UZ Leuven. Op het model kan de onderzoeksgroep testen uitvoeren in hun zoektocht naar geneesmiddelen die efficiënter en gerichter zijn dan de huidige behandelingen.

Het BioInnovation Institute maakt nu 1 miljoen euro per jaar vrij om het onderzoek van professor Vankelecom te steunen. "We zullen onze unieke biobank de komende drie jaar inzetten in het CurE-me-project om vele mogelijke therapeutische behandelingen voor endometriose te screenen, en op die manier nieuwe en meer gerichte, niet-hormonale, geneesmiddelen te vinden", zegt Vankelecom. "Ons labo heeft al een aantal veelbelovende onderzoekspistes geïdentificeerd. Daarnaast zullen we in het project ook nieuwe pistes verkennen."

De Leuvense onderzoekers krijgen dankzij het project ook ondersteuning van het BII op vlak van infrastructuur, toegang tot investeerder en intellectuele eigendom. Patenten die zouden voortkomen uit het project, blijven bij KU Leuven. Op termijn zou dat ook kunnen leiden tot een nieuwe spin-off.