Kan regering in lopende zaken standstill supplementen met 1/12 verlengen?

In de Kamer ontspon zich een actualiteitsdebat over de ereloonsupplementen bij ziekenhuisopname, met een waaier aan vragen van onder meer Nawal Farih (cd&v), Frieda Gijbels (N-VA) en Natalie Eggermont (PVDA-PTB). Farih vroeg Vandenbroucke of een regering in lopende zaken de standstill met één twaalfde kon verlengen, maar daarop kwam geen duidelijk antwoord. Gijbels wees eens te meer op de sterke interhospitaal- en gewestelijke verschillen, wat de minister afdeed met de dooddoener dat het niet om een natuurwet gaat.

Trigger bleken de nieuwste cijfergegevens van het Intermutualistisch Agentschap waarover we u al berichtten. Nawal Farih citeerde enkele cijfers waarvan ze onder de indruk was: “44.000 patiënten betaalden meer dan 3.000 euro aan ereloonsupplementen voor een klassieke opname. 3.000 patiënten moesten 10.000 euro bijbetalen. 26 van hen moesten zelfs meer dan 30.000 euro aan supplementen betalen. Dat zijn echt gigantische bedragen, zeker omdat 2 miljoen Belgen geen hospitalisatieverzekering hebben. Niet iedereen heeft de portemonnee om dat te overleven.” 

Ze vroeg de minister duidelijkheid over twee kwesties: de nomenclatuur-herijking en de standstill van de maximumplafonds ereloonsupplementen. “Kunnen we dat met een regering in lopende zaken met één twaalfde verlengen?”

De interesse van Frieda Gijbels ging vooral uit naar de interhospitaal- en de gewestelijke verschillen. “In Brussel bedragen de supplementen gemiddeld 32%, in Wallonië 20% en in Vlaanderen 15% van de totale erelonen. Voor de verblijven waar supplementen worden aangerekend, zijn die veel hoger in Brussel en Wallonië dan in Vlaanderen, met gemiddeld 150% en 124%, tegenover 88%. Aangezien het percentage van ereloonsupplementen niet echt veranderd is als we het over verschillende jaren bekijken, vraag ik me af welk effect die standstill volgens u precies heeft gehad.” En: “Hoe verklaart u de grote verschillen tussen ziekenhuizen en gewesten?”

Vanuit haar ideologie toonde Natalie Eggermont zich vooral bekommerd om de ontwikkeling van een geneeskunde met twee snelheden. Verder verwees ze naar het regeerakkoord van Vivaldi waarin stond dat de groei van ereloonsupplementen gereguleerd, gestabiliseerd en vervolgens afgebouwd zou worden. “We zien nu echter alleen maar toenames. Ziet u een oplossing in de volledige afschaffing van de ereloonsupplementen, zoals ook Zorgnet-Icuro voorstelt?”

"Geen natuurwet"

In zijn antwoord stelde de minister mee vast dat “het in rekening brengen van extra kosten geen natuurwet is. Er zijn heel verschillende realiteiten en heel verschillende culturen tussen ziekenhuizen.” Hij verduidelijkte dat de eerste acties gericht waren op supplementen in de ambulante sector. “Wij hebben voor artsen, huisartsen en specialisten een bepaling laten goedkeuren waardoor er voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming in twee stappen - een stap volgend jaar en een volgende stap in 2026 - op geen enkele manier nog een ereloonsupplement zal kunnen worden gevraagd, of men nu geconventioneerd is of niet.” Waarom de ambulante sector? Omdat specialisten in de ziekenhuizen soms wel eens kijken naar wat er aan supplementen kan worden gevraagd wanneer ze ambulant zouden werken, verklaarde Vandenbroucke. 

Daarnaast had hij zich ook toegespitst op zware medische beeldvorming. “De gegevens die ik heb gekregen van alleszins één mutualiteit tonen aan dat dit globaal tot een daling van het aanrekenen van supplementen heeft geleid.” 

Hij verantwoordde de maatregelen ook omdat er een transparantieverplichting bestaat in de ambulante sector, en die is er ook in de ziekenhuizen: “Ook daar willen we een verdergaande analyse van wat die supplementen zijn en waarvoor ze worden gebruikt. Zo ver zijn we vandaag nog niet, dat is work in progress. Voor de ziekenhuizen vind ik dat de evolutie niet aanvaardbaar is.”

Remmende invloed

Frank Vandenbroucke denkt dat het supplementenverbod een ‘remmende invloed ‘ had, “wat niet belet dat het vragen van supplementen in ziekenhuizen nog is toegenomen. Ik denk dus dat we verder moeten gaan.” Maar op dat vlak voelt hij zichzelf geremd omdat er geen budget voor 2025 is. “Ik vraag mijn collega’s in de regering om daarvoor te zorgen, op basis van de voorstellen die ik heb ingediend. Als ik de specialisten en de ziekenhuizen geen budget kan garanderen, hoe kan ik dan met hen spreken over de standstill inzake supplementen? U zult begrijpen dat dit wel bijzonder moeilijk is op dit moment.”

Voor de toekomst denkt hij dat een verdere strenge aanpak van de supplementen mee geconditioneerd door een fundamentele hervorming van de nomenclatuur en de ziekenhuisfinanciering. “Ik denk dat wij de weg die wij ingeslagen zijn in de vorige legislatuur, met dubbele kracht verder moeten bewandelen in de nieuwe legislatuur.”

In haar repliek herinnerde Nawal Farih aan haar eerder voorstel van een gedifferentieerd terugbetalingssysteem tussen behandelingen extramuraal en behandelingen in een algemeen ziekenhuis, “zodat we de patiënt kunnen helpen om de juiste keuze te maken. Extramurale behandelingen brengen ook kosten met zich en we willen niet dat door de prijs te drukken, aan de kwaliteit voor de patiënt wordt geraakt. Er moet dus een goed evenwicht worden gevonden”, besloot ze. 

Frieda Gijbels bleef heel kritisch: de bevriezing van de supplementen is niet controleerbaar, zei ze, “en we weten bijvoorbeeld nog steeds niet goed hoeveel supplementen er terugvloeien naar de ziekenhuizen. Om die redenen is die maatregel volgens mij problematisch en treft die bovendien vooral de ziekenhuizen die altijd zuinig zijn omgesprongen met hun supplementen, aangezien die op het moment worden vastgezet.”

Volgens het N-VA-kamerlid blijven de grote verschillen tussen de ziekenhuizen onuitlegbaar. “Ook heb ik geen antwoord gekregen op de vraag hoeveel van die supplementen door privéverzekeringen vergoed worden. Het gaat om honderden miljoenen die op het moment via een alternatief circuit worden gefinancierd, via een privé circuit. Er zal toch een groot plan van aanpak moeten komen.”

Wachtlijsten

Voor Natalie Eggermont tot slot staat wel vast dat de wachtlijsten langer worden. Wie nu belt voor een afspraak, moet maanden tot soms een jaar wachten om een scan te kunnen krijgen. “Wie bereid is om 50 euro meer te betalen, kan sneller een scan krijgen, meer bepaald buiten de kantooruren. De genomen maatregelen verhinderen de geneeskunde op twee snelheden dus niet.” Daarom drong ze weer aan op  een volledige afschaffing van het supplementensysteem om over te gaan naar zuivere artsenlonen met daarnaast een volledige en rechtstreekse overheidsfinanciering voor de ziekenhuizen.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.