Spoor tijgermuggen op met de nieuwe app en help hun vestiging in te perken, vraagt Sciensano. Tijdens het steekmuggenseizoen van 2023 vonden Sciensano en het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG), met de hulp van burgers, de tijgermug (Aedes albopictus) op drie locaties (Lebbeke, Wilrijk en de snelwegparking van Wanlin). Op twee van de locaties, in Lebbeke en Wilrijk, zaten vorig jaar ook al tijgermuggen.
Dat betekent dat de exotische steekmug op deze locaties succesvol de winter doorkwam. De meldingen van de tijgermuggen gebeurden door burgers via de specifieke website MuggenSurveillance.be. Om de burgerparticipatie verder te vergoten, lanceert Sciensano de ‘Muggen Surveillance’-app (beschikbaar voor Android en Apple). Met deze app kunnen burgers nu van overal makkelijk hun foto’s van tijgermuggen insturen.
Volgens Isra Deblauwe, entomoloog aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde, zijn de recente bevindingen niet verrassend. “De detectie van tijgermuggen in de twee gemeenten komt overeen met de vondsten vorig jaar. Opmerkelijk genoeg werden zowel volwassen steekmuggen als eitjes geïdentificeerd op precies dezelfde locaties. We kunnen daaruit gerust besluiten dat de tijgermug de winter in Wilrijk en Lebbeke heeft overleefd. Dat betekent dat we nu overgaan naar een nieuwe fase in het invasieproces: de vestiging.”
Javiera Rebolledo Romero, epidemioloog bij Sciensano zegt: “Het is duidelijk dat het MuggenSurveillance-platform werkt, en om het meldingsproces verder te stroomlijnen hebben we deze app ontwikkeld. We nodigen iedereen uit om de app te downloaden en foto’s van de tijgermug in te sturen wanneer je denkt er eentje te hebben gespot. Onze inspanningen kunnen er samen voor zorgen dat de tijgermug goed wordt gemonitord en bestreden.”
Het MEMO+-project is een samenwerking tussen Sciensano, het Instituut voor Tropische Geneeskunde en de Barcoding Facility for Organisms and Tissues of Policy Concern (BopCo) voor de moleculaire identificatie van exotische steekmuggen. Dit project wordt gefinancierd door de federale en regionale overheden en de gefedereerde entiteiten Leefmilieu en Gezondheid via het Nationaal Actieplan Leefmilieu-Gezondheid (NEHAP).