Er bestaat een link tussen mutaties van witte bloedcellen en hartritmestoornissen. Dat hebben wetenschappers van de KU Leuven, Harvard Medical School en het Broad Institute van Harvard en MIT ontdekt in een nieuwe studie. Het onderzoek, dat zondag gepubliceerd is in het wetenschappelijk tijdschrift European Heart Journal, opent de weg naar mogelijk nieuwe behandelingen voor hartritmestoornissen.
Ongeveer 5 procent van alle volwassenen van middelbare leeftijd heeft last van hartritmestoornissen. Het percentage stijgt exponentieel naarmate mensen ouder worden. Een hartritmestoornis kan zich uiten in hartkloppingen of een trillend gevoel op de borst, en kan, in de ergste gevallen, leiden tot een hartstilstand.
Uit eerdere studies wisten onderzoekers al dat een bepaalde bloedcelaandoening, CHIP (ofwel klonale hematopoëse van onbepaald potentiaal) genaamd, linken toonden met bepaalde hart- en vaatziekten, zoals beroertes of hartfalen. Voor hartritmestoornissen was die link echter nog niet onderzocht.
De wetenschappers doken voor hun onderzoek in de UK Biobank, een databank met gegevens van ruim 500.000 mensen, waaronder ook genetische data. De onderzoekers zochten naar associaties tussen mutaties in witte bloedcellen waar mensen niet mee geboren worden, maar die opduiken naarmate ze ouder worden.
Uit de statistische analyse bleek dat wie een mutatie had, 11 procent meer kans had om ook een hartritmestoornis te hebben. Voor hartstilstanden werd een 30 procent hogere kans geregistreerd. Als naar bepaalde individuele mutaties gekeken werd, kwamen de onderzoekers zelfs uit op twee of drie keer meer kans op hartritmestoornissen.
Causaal verband?
"Of er ook een causaal verband is, en of de mutaties dus de oorzaak zijn voor de hartritmestoornissen, kunnen we uit ons onderzoek niet afleiden", zegt eerste auteur Art Schuermans (KU Leuven-Broad Institute Harvard en MIT). "Daar is nog verder onderzoek voor nodig. Maar zeker is dat we wel degelijk een link tussen de mutaties en hartritmestoornissen zien."
"CHIP is dus een mogelijke risicofactor voor hartritmestoornissen", gaat Schuermans verder. "CHIP behandelen zou bijgevolg potentieel ook een nieuw soort behandeling kunnen zijn voor hartritmestoornissen of een methode om de stoornis te vermijden."
Intussen zijn wetenschappers in muizenmodellen aan het bekijken hoe de mutaties verband houden met ontstekingen in hun bloedbanen. Schuermans zelf zal ook nog verder werken om na te gaan welke specifieke mutaties welke relaties hebben met de hartritmestoornissen.