Een lidstaat kan in het geval van een pandemie een verbod instellen op niet-essentiële reizen naar andere lidstaten als die hoogrisicogebied zijn. Dat zegt het Europees Hof van Justitie in een nieuw arrest. De lidstaat kan ook mensen die zijn grondgebied binnenkomen verplichten om screeningtesten te doen en in quarantaine te gaan. Die voorschriften moeten evenwel gemotiveerd, duidelijk, nauwkeurig, niet-discriminerend en evenredig zijn, zegt het Hof.
Ons land verbood tijdens de coronapandemie in 2020 niet-essentiële reizen naar rode zones. Daarnaast moest wie België binnenkwam uit een van die landen een screeningtest doen en in quarantaine gaan. In juli van dat jaar werd ons land door Zweden korte tijd zelf aangemerkt als rode zone.
Nordic Info, een reisbureau gespecialiseerd in reizen in Scandinavië annuleerde daarop alle geplande reizen tussen België en Zweden en verzocht vervolgens om een vergoeding van de daardoor veroorzaakte schade. Een Belgische rechtbank vroeg daarop het Europees Hof van Justitie of het Unierecht zich verzet tegen de Belgische regeling.
Dat zegt nu dat ons land, en elke Europese lidstaat, op dat moment een verbod mocht instellen op niet-essentiële reizen naar rode zones. Ook de screeningstesten en quarantaine waren gerechtvaardigd. Maar, zegt het Hof ook, een dergelijke regeling moet ook gemotiveerd zijn en duidelijke en nauwkeurige voorschriften bevatten. Ze moet ook niet-discriminerend zijn en kunnen worden aangevochten met een beroep. Dergelijke beperkingen van het vrije verkeer moeten daarnaast in overeenstemming zijn met het evenredigheidsbeginsel, aldus nog het Hof.