Senioren die naar een woonzorgcentrum verhuizen, nemen minder geneesmiddelen dan voor hun verhuis. Uitgedrukt in dagdosissen is het geneesmiddelengebruik na verhuis naar een woonzorgcentrum gedaald met 18 procent. Dat blijkt uit een onderzoek van het socialistische ziekenfonds Solidaris.
Het ziekenfonds selecteerde 3.747 leden die in het eerste semester van 2021 naar een woonzorgcentrum in Vlaanderen of Wallonië zijn verhuisd. Het fonds vergeleek de geneesmiddelen die ze 6 maanden voor de verhuis namen, met hun geneesmiddelenverbruik 6 maanden na de opname in het woonzorgcentrum.
Uit het onderzoek blijkt dat het geneesmiddelengebruik van gemiddeld 943 dagdosissen per lid tijdens de 6 maanden voor de verhuis naar een woonzorgcentrum, daalde tot gemiddeld 772 dagdosissen tijdens de 6 maanden na opname.
Rol CRA's
Het ziekenfonds ziet een aantal mogelijke verklaringen. Zo is in 2015 de verplichte aflevering per pil ingevoerd in woonzorgcentra. "Voorts is er een toegenomen aandacht voor rationeler medicatiegebruik en spelen coördinerende en raadgevende artsen (CRA) meer hun rol", aldus Solidaris.
Dat fonds merkt ook nog op dat het aantal verschillende geneesmiddelen dat bewoners tegelijk nemen, lichtjes is gedaald na de verhuis naar een woonzorgcentrum. Daarnaast stelt het fonds vast dat sommige bewoners bepaalde behandelingen stoppen, maar andere behandelingen juist opstarten. "Zo nemen bewoners van woonzorgcentra duidelijk meer antidepressiva (+8 %) en antipsychotica (+14 %), maar wel minder ontstekingsremmers (-50 %) en minder cholesterolverlagers (-17 %)", klinkt het.
Solidaris deed de studie ook al in 2013. Toen was de trend al merkbaar maar minder uitgesproken. De daling in het gemiddeld aantal dagdosissen bedroeg toen 2 procent.
Volgens Solidaris is dus vooruitgang geboekt in het rationeler voorschrijven van geneesmiddelen in woonzorgcentra. Om dat voort te zetten, is volgens het ziekenfonds blijvende aandacht voor een correct voorschrijfgedrag nodig. Solidaris ziet daarbij een rol weggelegd voor de apothekers, met de aanstelling van een coördinerende en adviserende apotheker (CAA).
