Mannen die seks hebben met mannen kunnen vanaf 1 juli bloed geven na een wachttijd van vier maanden. Het gaat om een versoepeling: tot nu moet er na die seksuele activiteit nog twaalf maanden gewacht worden.
Tot enkele jaren geleden mochten mannen die seks hebben met mannen, geen bloed geven. Dat moest het risico verkleinen dat patiënten besmet zouden raken met bloedoverdraagbare infectieziekten, zoals hiv. In 2017 kwam er een versoepeling, waarbij die mannen wel bloed mogen geven indien ze twaalf maanden lang geen seksuele betrekkingen met een man hebben gehad. Die wachttijd wordt nu ingekort tot vier maanden.
Rode Kruis Vlaanderen benadrukt dat die wachttijd niets te maken heeft met de geaardheid van de betrokkenen, maar wel met risicogedrag, en dat belangrijker dan het recht op bloed geven het recht van elke patiënt op het veiligst mogelijke bloed is.
LGBTQ+-verenigingen blijven erbij dat de maatregel disciminerend is, ook na de beperking van de wachttijd. "Mannen die seks hebben met mannen (MSM) worden nu allemaal uitgesloten op basis van hun groepsidentiteit. De veronderstelling dat alle MSM seksueel risicovol gedrag stellen is stereotyperend en fout: er bestaat niet één vast profiel van MSM", zei Eef Heylighen, woordvoerder van çavaria, midden juni naar aanleiding van Wereld Bloeddonordag. De vereniging stelt voor om "over te gaan op een individuele risicoanalyse van elke donor op basis van hun seksueel risicogedrag, los van seksuele oriëntatie".
In andere landen zijn er andere regels. In Nederland bijvoorbeeld is er ook een wachttijd van vier maanden voor mannen na het laatste seksuele contact met een andere man. Maar die wachttijd valt wel weg als zij "in een duurzame, monogame relatie van ten minste twaalf maanden" zitten".