De Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG's) hebben vooruitgang geboekt tegenover de vorige inspectieronde, maar er blijft ruimte voor verbetering, onder meer in het overleg tussen de verschillende zorgverleners. Dat blijkt uit de vijfjaarlijkse evaluatie van de Zorginspectie.
De inspectie boog zich over 377 lopende dossiers en 288 dossiers van afgesloten zorgperiodes. Nagenoeg alle dossiers bevatten een behandelplan waarin basiselementen zoals de hulpvraag, diagnose en doelstelling in opgenomen zijn. Deze behandelplannen worden echter nog onvoldoende besproken tussen de verschillende betrokken zorgverleners, merkte de inspectie.
De doorstroom van informatie van de Centra naar andere zorgverleners verloopt vlotter dan vijf jaar geleden, maar er blijven verbetermogelijkheden. De Centra moeten ook sterker inzetten op monitoring van resultaten van een behandeling en feedback van cliënten. De inspectie stelde vaak een groot verschil vast tussen het vooropgestelde beleid en de opvolging ervan in de praktijk.
Op basis van de inspectievaststellingen vroeg het Departement Zorg om drie punten op te nemen in een actieplan: het systematische en tijdige bespreken van het behandelplan, communicatie met andere zorgactoren en het verzamelen van feedback van cliënten rond hun behandelingstraject.