In de Gezondheidscommissie van de Kamer werd gedebatteerd over orgaandonatie, onder meer met Frank Robben, administrateur-generaal van het eHealth platform en van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid.
In de Gezondheidscommissie van de Kamer werd gedebatteerd over orgaandonatie, onder meer met Frank Robben, administrateur-generaal van het eHealth platform en van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, Marie-Hélène Delbouille (CHU Liège) en Thierry Kremer (asbl Chaîne de Vies). Het ging onder meer over het gebruik van het eHealth-platform voor de registratie van orgaandonatie. Een heel belangrijk punt, meent Muriel Gerkens (Ecolo) voorzitter van de Commissie. “De heer Robben zei ons dat alles technisch mogelijk was, maar het probleem schuilt elders. Sommigen menen dat wanneer iemand elektronisch toestemming geeft het belangrijk is dat er begeleiding is. Andere experten maken zich zorgen over het platform en het medisch dossier. Ze denken dat het problemen kan opleveren op het vlak van vertrouwen tussen patiënt en arts. Niet elke patiënt wil dat zijn huisarts op de hoogte is van een dergelijke persoonlijke keuze."
“We willen de communicatie inzake toestemmingen vergemakkelijken en beter aanpassen aan de huidige samenleving, maar we willen tegelijkertijd ook rekening houden met risico’s op het vlak van vertrouwen, vertrouwelijkheid en vooral de anonimiteit, zowel voor de donor als voor de ontvanger. Het moet onmogelijk zijn dat er een link is tussen de donor en de ontvanger via verschillende gegevensbanken”, zo besluit minister Muriel Gerkens.
Een andere tussenkomst bij de debatten in de Commissie kwam van Thierry Kremer, een militant voor orgaandonatie. Zijn zoon overleed bij de aanslag in Luik, inmiddels zes jaar geleden, en dankzij orgaandonatie redde zijn zoon het leven van een aantal andere mensen. Kremer weet heel goed wat er op het spel staat. “Voor mij is het duidelijk. Hoe makkelijker mensen zich kunnen registreren als donor, hoe meer levens gered kunnen worden.” Maar hij weet ook dat eventuele problemen vermeden moeten worden, zegt de vader die ook actief is in scholen om leerlingen te sensibiliseren. “Jongeren zouden zich mogelijk te snel kunnen registreren zonder zich echt bewust te zijn van de implicaties van die beslissing. Ik begrijp dat men pleit voor meer informatie en meer begeleiding.” Rest de vraag hoe die begeleiding er in de praktijk moet uitzien.