De werkgroep teleconsulten kwam dinsdagavond voor een eerste keer samen. Artsen pleiten vurig voor een herinvoering van de terugbetaling. Zowel ziekenfondsen als artsensyndicaten zetten hun visie uiteen en deden voorstellen, maar een beslissing viel er nog niet.
De ziekenfondsen toonden een tabel met veranderingen in de uitgaven aan consulten en visites door huisartsen en specialisten sinds 2018. Daaruit blijkt dat deze prestaties voor huisartsen niet veel veranderden: ze stegen van 49 naar 51 miljoen, met een daling van het aantal bezoeken en een stijging van het aantal consulten.
“In gelijkblijvende euro's is dit zelfs een negatieve trend”, aldus Dr. Luc Herry (Bvas). Voor specialisten daarentegen stegen deze cijfers van 26 naar 31 miljoen. Als je rekening houdt met de gemiddelde kosten van een consultatie/bezoek, is dat een grote sprong in de uitgaven van specialisten in vergelijking met huisartsen. “Waarom kijken we dan naar huisartsen voor het geld?” is dan ook een logische vraag. “ We tonen aan dat teleconsulten besparingen van meer dan 100 miljard euro hebben opgeleverd. Met zulke besparingen zijn we nog ver verwijderd van een neutraal budget: we vermijden grote uitgaven."
Voorstellen Bvas
Bvas heeft een reeks voorstellen geformuleerd. Het verzoek moet van de patiënt komen en gericht zijn aan een arts die zijn of haar gmd beheert. Vanaf het moment dat de aanvraag binnenkomt, moet deze arts het geïnformatiseerde dossier openen en de patiënt vertellen dat het om een teleconsult gaat. Als hij of zij op dat moment niet beschikbaar is, zal de arts een latere telefonische afspraak maken. Tijdens het teleconsult registreert de arts de problemen van de patiënt, de vragen die hij stelt en de antwoorden die hij krijgt, zijn conclusies, zijn voorschrift, het verzoek om aanvullend onderzoek, enz. in het computerbestand. Vanaf het begin wordt een timer geactiveerd. Als het consult minder dan vijf minuten duurt, wordt een advies in rekening gebracht. Anders is er sprake van een teleconsult.
Mogelijke misbruiken controleren
Om het soort misbruik te voorkomen waarover de ziekenfondsen bij sommige artsen hebben geklaagd, kunnen we een snelle rekensom maken: als we €40 miljoen uittrekken voor teleconsulten bij 10.000 huisartsen, zou dat neerkomen op twee toegestane teleconsulten per dag per arts. “De ziekenfondsen hebben vrij positief gereageerd op dit voorstel”, zegt Luc Herry. Hoe dan ook, Bvas is gekant tegen het forfaitaire systeem omdat het misbruiken niet zou uitsluiten.
Meningsverschillen over forfaitaire prijszetting
“Er zijn veel ideeën op tafel gelegd,” zegt Dr Lawrence Cuvelier (GBO), “maar tot een concreet standpunt zijn we nog niet gekomen. Voor 2026 moeten we een stabiele oplossing voor dit probleem vinden. Voor 2025 zijn de twee vakbonden het eens over het principe om de uitgaven per arts voor telefonische consulten te beperken. De mogelijkheid van forfaitaire betalingen is geopperd. De meningen over deze mogelijkheid lopen uiteen.
GBO is voorzichtig. “Het zou een betere beheersing van de uitgaven mogelijk maken, maar er zou een fee-for-service component moeten zijn. Gemengde forfaitaire systemen zijn mogelijk, bijvoorbeeld met een vast deel en een deel dat rekening houdt met criteria zoals bestede tijd of andere nader te bepalen aspecten. Eén ding is zeker: als we misbruik willen voorkomen, moet het verzoek van de patiënt komen en moet de patiënt geïnformeerd worden dat het om een telefonisch consult gaat.
Impact op medische huizen
De medische huizen vragen een vast tarief. Het maakt voor hen geen verschil of een telefonisch consult al dan niet wordt terugbetaald. Is dit een discriminerende factor? Voor Dr. Herry “dekt het vaste honorarium de contacten tussen huisarts en patiënt, dus we hoeven ons geen zorgen te maken over vaste honoraria”. Dat is ook de mening van Dr. Cuvelier: “Ook al doen de ziekenhuizen meer teleconsulten, zo werken ze nu eenmaal."
Op 27 februari beraadt AADM zich over eventuele acties, zoals eerder bekend werd gemaakt. Domus Medica roept voorzitters en bestuurders van de huisartsenkringen samen voor een crisisberaad om deze situatie te bespreken en een gezamenlijke strategie te bepalen.
