In november 2023 keurde het Verzekeringscomité de conventie goed over de lange-termijnopvolging bij AYA’s (Adolescents and Young Adults) met kanker. Net voor het reces bevroegen Frieda Gijbels (N-VA) en Nawal Farih (cd&v) minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken Vandenbroucke (Vooruit) hierover in de Kamer. Kan bijvoorbeeld de certificering van andere zorgverleners buiten de AYA-referentieteams worden overwogen?
In zes ziekenhuizen zullen zorgteams worden geïnstalleerd en gefinancierd voor de zogenaamde AYA-kankerzorg (voor mensen tussen 16 en 35 jaar). Het gaat om zes universitaire centra. Er zouden ongeveer 1.700 kankerdiagnoses zijn bij AYA-personen per jaar. “Op welke manier werden deze centra geselecteerd?”, wou Frieda Gijbels weten. En waarom hoort bijvoorbeeld het Jessa Ziekenhuis in Hasselt daar niet bij, dat hiervoor samenwerkt met Kom Op Tegen Kanker? Het N-VA-kamerlid verwees voorts naar Nederland dat daarvoor 1.060 gecertificeerde zorgprofessionals telt. Komt die certificering er ook bij ons?
50 diagnoses/jaar
“Wat de selectie betreft, is een gemiddelde van meer dan 50 nieuw geregistreerde AYA-diagnoses op jaarbasis als cut-off gekozen per geselecteerde instelling (aantal diagnoses zonder herval)”, antwoordde de minister. Andere selectiecriteria zijn een erkend zorgprogramma oncologie, een formele samenwerking tussen kinder- en volwassenenoncologie en –hematologie - waarbij transitiebeleid een belangrijk element is - en de beschikbaarheid van specifieke zorgverleners (de volledige conventietekst is op te vragen bij het Riziv (1)). Zodra het AYA-referentieteam de directe en korte-termijntaken heeft voltooid (in ongeveer een jaar) kan het de outreachende opdracht naar andere ziekenhuizen en naar zorgverleners voor de eerste lijn overal in België opnemen. Waardoor dus die expertise breed ter beschikking komt.
Nawal Farih wou meer specifiek weten of het Jessaziekenhuis en het ZOL de mogelijkheid krijgen om samen een aanvraag in te dienen om zich alsnog te kunnen aansluiten bij de Riziv-conventie, mits de afspraak dat ze de nodige volumes behalen om de kwaliteit te garanderen. Dat vooral om de Limburgse patiënten in landelijke gebieden lange verplaatsingen te besparen: “Zich verplaatsen wanneer ze zich zwak voelen en afhankelijk zijn van ouders om hun afspraak te kunnen nakomen, zijn uitdagingen die we niet mogen negeren.” Bovendien: “Wat met de AYA-afdeling in Hasselt en die patiënten? Moeten zij verplaatst worden naar een universitair ziekenhuis om toch nog een terugbetaling te verkrijgen?”
Terugbetaling blijft
“De ziekenhuizen met zorgteams die momenteel werken aan AYA-zorg maar die niet voldoen aan de criteria om deel te nemen aan de conventie – zoals het Jessa ziekenhuis, red. - willen wij aanmoedigen om hun inspanningen voort te zetten. Zo kunnen zij specifieke zorg en ondersteuning blijven bieden aan AYA's in hun ziekenhuis en de behandelingen kunnen terugbetaald blijven, want deze conventie zet dat niet stop, deze conventie biedt ondersteuning”, legde minister Vandenbroucke uit. “Deze overeenkomst heeft als primair doel om gedurende de vijfjarige conventieperiode een geharmoniseerd AYA-zorgbeleid in België tot stand te brengen. Ze voorziet in de mogelijkheid van een eerlijke en transparante herziening van de financiering van de referentiecentra."
Certificering zorgprofessionals
Wat de certificering van specifieke zorgprofessionals betreft zoals in Nederland: “Artikel 56 van de conventie beoogt een uitwerking in een projectfase. Gedurende deze uitwerking kan de certificering van andere zorgverleners buiten de AYA-referentieteams worden overwogen”, gaf Vandenbroucke nog mee.
Waarop Nawal Farih suggereerde om net zoals Nederland ook te werken met het begrip ‘transistietijd’ om ziekenhuizen twee jaar de tijd te geven om bepaalde volumes te behalen. “Als wij het Jessaziekenhuis en het ZOL effectief laten samenwerken in dit dossier behalen ze wel de nodige volumes om zich mee aan te sluiten op de Riziv-conventie”, besloot ze hoopvol.
(1) ovcomeddir@riziv-inami.fgov.be
> "Minister maakt van Limburg Sahara van de gezondheidszorg"