Het kernkabinet heeft een oplossing uitgewerkt voor de terugbetaling van logopedie voor kinderen met bepaalde stoornissen of een IQ lager dan 86. Dat heeft minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) gemeld.
Voor kinderen met autisme, een IQ onder de 86 of een taalontwikkelingsstoornis is er al sinds 1996 geen terugbetaling meer voorzien voor een-op-eensessies bij de logopedist. In 2019 werd er een wet gestemd die dat moet rechttrekken, maar een uitvoeringsbesluit kwam er nog niet. Daarvoor is een studie van het Kenniscentrum voor Gezondheidszorg (KCE) nodig, maar die laat op zich wachten.
Ouders van betrokken kinderen trekken al langer aan de alarmbel. Het idee is dat zij beter terechtkunnen in multidisciplinaire centra, maar daar zijn lange wachtlijsten en dus krijgen veel kinderen nu simpelweg niet de nodige hulp. Na een discussie in de Kamer vorige maand - waar naast oppositiepartij Les Engagés ook CD&V bij Vandenbroucke aandrong op een oplossing - heeft de federale regering nu een nieuwe regeling uitgewerkt.
Concreet past Vandenbroucke de wetgeving aan met een Koninklijk Besluit. De IQ-drempel wordt hoe dan ook verlaagd tot 70, de traditionele grens om te spreken van een mentale handicap. De kinderen met een IQ onder die norm zullen in de toekomst ook terugbetaalde logopedie kunnen krijgen, alleen moet een centrum voor ambulante revalidatie dan een 'multidisciplinair bilan' opmaken waaruit blijkt dat ze daar baat bij zouden hebben.
Die laatste voorwaarde gaat weliswaar pas na 1 juli 2025 in, vanwege de lange wachtlijsten in die centra. Tot die tijd is er terugbetaling mogelijk voor elk kind dat met doktersvoorschrift naar een logopedist is doorverwezen.
CD&V-Kamerlid Nawal Farih reageert tevreden. "Voor CD&V was het niet bespreekbaar dat het IQ het verschil maakt tussen terugbetaling of niet. We hebben dat ook zo op tafel gelegd in het kernkabinet. Ook in de toekomst zal elk kind dus recht hebben op betaalbare logopedie."