Elk jaar overlijden in België jaarlijks meer dan 9.000 personen aan de gevolgen van roken, wat neerkomt op één persoon per uur. Dat blijkt uit een studie die Sciensano vrijdag heeft gepubliceerd. Opvallend is een groot verschil in het aantal overlijdens tussen mannen en vrouwen, en de drie gewesten.
In het kader van de Belgische nationale ziektelaststudie heeft Sciensano berekend hoeveel mensen jaarlijks overlijden aan de gevolgen van roken. Er is in België een daling te zien van het aantal mensen dat sterft aan de gevolgen van roken. In 2013 stierven 12.851 mensen aan de gevolgen, in 2020 waren dat er nog 9.413.
Een belangrijke bevinding is dat er een grote ongelijkheid is tussen de geslachten. Zo zijn 75 procent van de sterfgevallen mannen. Ook lopen mensen in Brussel en Wallonië 50 procent meer risico op tabaksterfte dan Vlamingen. In Vlaanderen stierven 'slechts' 66 personen per 100.000 inwoners terwijl dat er in Wallonië 105 en in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 115 waren.
"Mannen roken in het algemeen meer dan vrouwen, waardoor het sterftecijfer ook hoger ligt", verduidelijkt Brecht Devleesschauwer, hoofd van de Dienst Gezondheidsinformatie van Sciensano. "De ongelijkheid tussen de gewesten komt mede doordat bepaalde sociaal-economische groepen meer roken. We zien dat mensen met een hoog inkomen en een hogere opleiding minder roken dan vroeger." Dit probleem aanpakken kan volgens Devleesschauwer door meer doelgerichte campagnes te doen voor mensen uit een lagere sociaal-economische groep.
Uit een groep van 14 EU-landen zit België in de top vijf van het aantal overlijdens per 100.000 inwoners: enkel Griekenland, Denemarken, Nederland en Duitsland gaan ons voor.
De belangrijkste doodsoorzaken bij het overlijden aan de gevolgen van roken zijn longkanker, chronisch obstructieve longziekte en hartziekten. Respectievelijk waren de ziektes in 2020 verantwoordelijk voor 3.682, 1.422 en 1.305 sterfgevallen.