Na advies van de Raad van State op 3 mei ll. paste minister Vandenbroucke het KB van 31 juli 2017 over de proefprojecten geïntegreerde zorg aan aan op 30 mei. Het gaat over de manier waarop het Verzekeringscomlité van het Rizv deze projecten kan financieren. Het nieuwe KB verscheen vandaag in Het Staatsblad. Er komt zo te zien veel 'reparatiewerk' aan te pas.
Concreet gaat het om de volgende aanpassingen:
1 - Schrappen van de notie "outlier" en "efficiëntiewinst"
Het oorspronkelijk model van de budgetgarantie, waarbij efficiëntiewinsten worden geschat op basis van een vergelijking tussen de verwachte en de reële kosten in het kader van de ziekteverzekering, is onvoldoende betrouwbaar om te worden toegepast als stabiel financieringskader.
Dat betekent niet dat het principe van `shared savings' als mogelijke toekomstpiste voor financiering wordt losgelaten. Het Intermutualistisch Agentschap (IMA) zet de berekeningen in het kader van het model van de budgetgarantie op de achtergrond verder, met als doel om hieruit lessen te trekken met oog op een mogelijke toepassing ervan binnen bestaande en/of nieuwe initiatieven.
In de plaats daarvan wordt voor de vergoeding van de acties die de pilootprojecten realiseren vier keer een tegemoetkoming van 208.333 euro voorzien waarvan de eerste storting reeds in 2019 plaatsvond. Op die manier voorziet het ontwerpbesluit in een veilig en gecontroleerd financieel kader dat tegelijk de nodige zekerheid biedt als toelaat aan de pilootprojecten om zich volledig toe te leggen op het uitrollen van innovatieve acties ten aanzien van de patiënten/burgers in hun regio.
2 - Nu kan een team aan medewerkers instaan voor het integratiemanagement
3 - De invoering van het begrip "pseudocode"
Een pseudocode voor elke actie die vanuit een project wordt ondernomen naar een individuele persoon. Deze actie wordt meegedeeld via de toepassing "Chroniccare" van MyCareNet. Het gaat hier om de acties waarvoor het Verzekeringscomité van het Riziv zijn akkoord heeft gegeven opdat ze zouden vallen onder de jaarlijkse tussenkomst van 208.333 euro (zie hoger). Deze informatie laat de ziekenfondsen toe om enerzijds een controle te doen op de persoonlijke bijdrage die door het project wordt gevraagd voor een specifieke actie, een bedrag dat niet hoger mag zijn dan wat het Verzekeringscomité vastlegde.
De informatie uit de pseudocodes kan anderzijds ook aangewend worden in het kader van de auto-evaluatie van de projecten. Vanuit de toepassing "Chroniccare" van MyCareNet kan elk project geaggregeerde en volledig anonieme informatie ontvangen over ondermeer het aantal acties, het aantal acties per zorgactor, het profiel van de zorg- of hulpverlener die ze heeft uitgevoerd en de evolutie daarvan. De privacy zou daarbij niet in het gedrang komen.
4 - De precisering van de Quadruple Aim doelstelling
5 - Toevoeging van een wettelijke basis voor de bijlagen van de overeenkomst met elk pilootproject
6 - De mogelijkheid tot verlenging met 1 jaar van de overeenkomsten met de pilootprojecten, gelet op ondermeer de impact van de COVID-crisis
7 - Opheffing van alle bepalingen m.b.t. de berekening van de budgetgarantie en efficiëntiewinsten
8 - Aanpassing van de financiering door een forfaitaire tegemoetkoming te voorzien voor effectief gerealiseerde acties van een project
9 - Schrappen van de verwijzing naar de wetenschappelijke equipe (FAITH.be), gelet op het verstrijken van de overeenkomst met deze equipe op 1 juli 2020.
Dit ontwerpbesluit gaat met erugwerkende kracht in tot 1 januari 2018, wat de oorspronkelijke datum van inwerkingtreding was. En wel omdat het onmogelijk is om voor elk van de projecten een berekening te maken van de budgetgarantie en van de efficiëntiewinsten bij gebrek aan gevalideerde en betrouwbare gegevens.
Om de financiële stabiliteit van de projecten niet in gevaar te brengen wordt de tegemoetkoming van 208.333 euro die in 2019 reeds was gestort bevestigd en voorziet dit besluit in de storting van drie bijkomende stortingen van telkens maximum 208.333 euro per jaar.
De stortingen gebeuren in schijven op voorlegging van een kostennota waarin de uitgevoerde acties zijn opgenomen. Niet opgenomen middelen kunnen overgedragen worden naar een volgend jaar.