In het ontwerp van de Wet op Diverse Bepalingen Gezondheid voor 2022 is opgenomen dat in de bepaling inzake permanentiehonoraria (art. 36 quatrodecies GVU-wet) het woord “artsen gespecialiseerd in de pediatrie” vervangen wordt door “artsen-specialisten” (allemaal dus). Gevolg: alle disciplines zullen in theorie in aanmerking komen voor de permanentiehonoraria, besluit het Kartel.

Er is in diverse disciplines vraag naar een permanentievergoeding, met name voor de MUG en voor anesthesie. "Het Kartel steunt deze vraag en heeft jaren geleden al gevraagd om een algemene wettelijke basis te voorzien zodat niet voor elke discipline apart een lange administratieve weg moet worden afgelegd."

Het syndicaat dankt de minister om hiermee rekening te hebben gehouden en hoopt dat er in het nieuwe akkoord al een aanzet toe gegeven kan worden.

Het Kartel verwijst naar zijn voorstel van eind 2019 om in 2020 prioritair een permanentiehonorarium voor de MIC in te voeren, wat op jaarbasis tussen 1,5  en 2 miljoen zou kosten. De honorering zou kunnen via een forfaitair honorarium voor opname of via een permanentievergoeding voor de noodzakelijk aanwezige MIC-arts.

Berekend op basis van de 17 bestaande MIC-centra met per MIC 24u permanentie van 1 MIC-arts komt dat neer op 365 dagen x 274,76 € x 17 = 1.704.885 euro. Dit bedrag zou dan alles insluiten met uitzondering van het verwijshonorarium en terugverwijshonorarium, nog eens ruim  280.000 euro en dus in totaal afgerond 2.000.000 euro.

Een bijkomend honorarium vindt het syndicaat gewettigd, naar analogie met het permanentiehonorarium van de pediater, dit laatste weliswaar bedoeld voor de daguren. De bijkomende vergoeding is volgens het Kartel alleen verschuldigd wanneer de permanentie door een gynaecoloog wordt waargenomen en niet wordt afgeschoven op een ASO.