De uitstap van de N-VA uit Michel I net voor de eindmeet van deze legislatuur, heeft de partij geen windeieren gelegd bij de specialisten. Daar kunnen klimaatacties of gele hesjes weinig aan veranderen.
Welke politicus krijgt de meeste credits als mogelijk volgende federale premier? Jan Jambon scoort torenhoog (ruim 44%). Hij laat daarmee alle andere kandidaten op de federale kieslijst ver achter zich. Jambon wordt ook veel genoemd bij de Franstaligen waar hij blijkbaar heel wat geloofwaardigheid opbouwde. Charles Michel eindigt tweede (13,45%) wat niet overdreven is wegens zijn ‘premierbonus’.
Alexander De Croo, vooral populair bij jongeren en vrouwen, wordt derde met afgerond 11,5%. Bij de politici die niet op de federale lijst staan (‘overige’) valt diverse keren de naam van Bart De Wever.
De Franstaligen zetten Michel iets minder overtuigend op nummer 1 (31,56%), gevolgd door Olivier Maingain (13,52%). Elio Di Rupo heeft het helemaal verkorven (3,69%) en komt bij de Franstaligen zelfs na Bart De Wever (8,61%).
Jambon ‘verrast’
Wat vindt Jan Jambon van zijn monsterscore? Hij is “verrast, maar het doet in elk geval heel veel deugd. Welk element hiervoor de doorslag geeft, is moeilijk in te schatten. De aanpak van de crisis na de aanslagen in Zaventem en station Maalbeek kan zeker een rol gespeeld hebben - veiligheid is voor artsen ongetwijfeld een belangrijk goed, en terecht. We hebben ook altijd duidelijk gemaakt dat de veiligheid van de hulpverlener (bescherming tegen agressie) een prioritair punt is en werkten daaraan.” Mocht hij effectief premier worden, welke accenten zou hij dan leggen? “Ik wil meer efficiëntie in de zorg. Dat betekent minder middelen voor structuren en meer voor mensen. Dus de ziekenhuisnetwerken verder vorm geven, een andere invulling van de rol van de ziekenfondsen en een sterke eerste lijn. Zo moeten zorgverleners samen met de patiënt terug de zorgregie in handen krijgen.”
Uw favoriete partij is met voorsprong de N-VA (47,62%) en Open VLD, nochtans in het verleden dé partij van heel wat specialisten, volgt een flink stuk verderop (18,49%). Opmerkelijk ook is de politieke onverschilligheid die blijkt uit ‘ik stem niet’ (3,52%) en ‘ik stem blanco’ (9,52%). De aanhangers van die laatste optie zijn zelfs talrijker dan wie CD&V (8,40%) en Groen (7,84%) kiest. De overige partijen scoren onder de kiesdrempel. Bij de Franstalige specialisten ligt MR aan kop (38,52%), voor Ecolo (14,34%) en Défi (9,02%). Lijst dr. Destexhe doet het logischerwijze ook niet zo slecht bij artsen (8,61%) en doet daarmee MR wel pijn. cDH tot slot raakt met de hakken over de sloot (6,15%).
Een verdere regionalisering (ruim 5 op 10) haalt het bij u, maar een belangrijke minderheid van een derde ziet liever een herfederalisering. Bijna voorspelbaar zien we voor dit item het spiegelbeeld bij de Franstalige specialisten.
De overgrote meerderheid ligt er niet wakker van of de volgende federale gezondheidsminister een man dan wel een vrouw is (8/10). Wél zijn significant meer vrouwen (1/6) voorstander van een seksegenote als federaal gezondheidsminister. Het effect De Block? De minister scoort immers beter bij jongeren en vrouwen.
Een arts op deze post zien de meesten (ruim 56%) wél zitten, huisartsen dan weer iets minder (47%).