FeBelGen, de koepelorganisatie van de generieke en biosimilaire geneesmiddelenbedrijven in België, verwelkomt het biosimilars-convenant tussen de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, de betrokken artsenverenigingen, de ziekenhuizen en de farmaceutische sector.
De bedoeling van het convenant is de Belgische arts en patiënt meer vertrouwd te maken met deze categorie van geneesmiddelen, luidt het. Joris Van Assche, afgevaardigd bestuurder van FeBelGen: “Een doorstart is nodig want meer dan acht jaar na de eerste marktintroductie is voor 4 van de 5 betrokken molecules het gebruik van biosimilars in België nog steeds haast onbestaande. Dit in tegenstelling tot in andere landen, waar de overeenkomstige biosimilars vaak tussen de 40% en 80% van de behandelingen voor hun rekening nemen. In het buitenland werden de biosimilars dan ook al voor meer dan 400 miljoen patiëntdagen toegediend, overigens zonder dat er ook maar één onverwacht incident met deze producten werd genoteerd.”
Biosimilaire geneesmiddelen zijn volgens FeBelGen vaak 20% en meer goedkoper dan de initiële prijs van het biologische referentiegeneesmiddel. Biosimilars zijn dan ook absoluut noodzakelijk om het geneesmiddelenbudget betaalbaar te houden, zeker omdat biologische geneesmiddelen een steeds duurdere uitgavenpost vormen. "Zo zijn inmiddels de nummers 1 en 2 van de Riziv-geneesmiddelenuitgaven biologische geneesmiddelen en vinden we in de top 25 maar liefst 7 biologische geneesmiddelen terug. Het is precies door de prijsconcurrentie die zij teweegbrengen dat biosimilaire geneesmiddelen jaarlijks voor tientallen miljoenen euro’s extra budgettaire zuurstof zorgen; geld dat bijvoorbeeld kan gebruikt worden om nieuwe, dure geneesmiddelen ter beschikking te stellen aan patiënten."
“Met het convenant wordt nu de eerste uitvoering gegeven aan hetgeen over biosimilars voorzien is met de farmaceutische industrie. Voor de betrokken bedrijven is het een belangrijk signaal dat het de moeite loont om in ons land te blijven investeren in biosimilars”, besluit Joris Van Assche.