Vandenbroucke geeft stevige duw aan dagziekenhuis

Sinds 1 januari werken de ziekenhuizen op basis van een nieuwe lijst met ingrepen die in het dagziekenhuis mogen worden uitgevoerd. Het aantal ingrepen dat mogelijk wordt in een dagziekenhuis stijgt zo van 246 naar 551. Dat maakte minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke bekend naar aanleiding van een werkbezoek aan het dagziekenhuis van het UZ Leuven deze voormiddag. De financiële impact is stevig.

"Vrijgekomen middelen naar OK"

Er wordt dus een belangrijke verschuiving mogelijk gemaakt naar meer ingrepen in het dagziekenhuis, uiteraard waar dit medisch veilig en sociaal haalbaar is voor de patiënt. Ook wordt ontmoedigd dat een ziekenhuis om financiële redenen patiënten langer dan nodig opneemt. "De middelen die we hiermee uitsparen, herinvesteren we integraal in de ziekenhuizen, onder meer via een betere financiering van het operatiekwartier", aldus de minister.

Twee doelstellingen

De hervorming mikt op twee doelstellingen:

1/  innovatieve technieken aanmoedigen.

Innovatie zorgt ervoor dat we kwaliteitsvolle zorg kunnen aanbieden op een minder ingrijpende manier voor de patiënt. "De manier waarop vandaag een heupprothese chirurgisch geplaatst wordt bijvoorbeeld is veel minder invasief waardoor de patiënt veel sneller terug op de been is en sneller weer naar huis kan."

2/ onnodige overnachtingen in het ziekenhuis terugdringen

"Een ziekenhuisbed kost zowel de patiënt als het ziekenhuis en de samenleving veel geld. Bovendien moeten we onnodige opnames zoveel mogelijk vermijden als het medisch niet nodig is. Met een kortere verblijfsduur verminder je het risico op ziekenhuisinfecties voor de patiënt, ook al is dat laag. Minder overnachtingen betekent ook dat het verpleegkundig personeel minder ingezet moet worden voor taken die daarmee samenhangen."

Hoe verschuiving stimuleren? 

Innovaties laten toe om meer ingrepen in het dagziekenhuis uit te voeren en chirurgen staan te popelen om die toe te passen. Dat vergde een aanpassing van de financieringsregels omdat het tot nu toe voor heel wat ingrepen voor het ziekenhuis financieel gewoon interessanter was om de ingreep te verrichten via een opname in klassieke hospitalisatie dan in het dagziekenhuis, argumenteert de minister.

"We trokken eerst en vooral reeds de financiering op van het chirurgisch dagziekenhuis vanaf 1 juli 2022. We injecteerden hier 9 miljoen euro op jaarbasis. Dat wil zeggen dat er middelen ter beschikking zijn voor een bredere verpleegkundige omkadering in het dagziekenhuis. Ten actualiseren we nu de zogenaamde A-lijst: een lijst met ingrepen die in het dagziekenhuis mogen worden uitgevoerd, en hiervoor ook gefinancierd zullen worden."

"Zolang een ingreep niet op de A lijst staat, en toch in dagziekenhuis wordt uitgevoerd, krijgt het ziekenhuis hiervoor geen financiering via het BFM, terwijl dat wel het geval is indien de ingreep uitgevoerd wordt via klassieke hospitalisatie. Om dit recht te trekken, wordt de A lijst grondig uitgebreid met ingrepen die vandaag absoluut op een veilige manier in daghospitalisatie kunnen worden uitgevoerd. Het gaat om ingrepen die met andere woorden in het dagziekenhuis kunnen maar niet moeten worden uitgevoerd."

Voorbeelden omvatten een galblaasoperatie, het verwijderen van de appendix of het zetten van een knieprothese. De beslissing om de patiënt in het dagziekenhuis versus klassieke hospitalisatie te behandelen, is uiteraard een individuele medische beslissing en blijft een belangrijke afweging die gebeurt in nauw overleg tussen arts en patiënt.

Het aantal ingrepen op de A lijst - die sinds 1 januari 2023 in voege is - is gestegen van 246 naar 551. Het is evenwel moeilijk te voorspellen hoe groot de verschuiving van klassieke hospitalisatie naar daghospitalisatie concreet zal zijn, omdat hier in de eerste plaats de situatie van de patiënt speelt die de arts moet inschatten (medische en sociaaleconomische factoren).  De patiënt zal ook altijd zelf kunnen aangeven als hij verkiest een nacht in het ziekenhuis te blijven.

Raming

- In 2019 gebeurden 644.000 opnames in het chirurgisch dagziekenhuis (op een totaal van 2.1 miljoen dagopnames) en 700.000 opnames in klassieke hospitalisatie voor een heelkundige ingreep als hoofddiagnose (op een totaal van 1.8 miljoen klassieke hospitalisaties). Die 700.000 opnames omvatten ook 153.000 opnames voor ingrepen die vandaag al op de A lijst stonden, maar waarbij de arts en de patiënt opteerden om ze toch in klassieke opname te doen.

- Een realistisch scenario is dat met de uitbreiding van de A lijst proportioneel evenveel ingrepen die in het dagziekenhuis kunnen alsnog in klassieke hospitalisatie gebeuren als vandaag. Zoals gesteld zijn er vandaag 153.000 ingrepen die in het dagziekenhuis kunnen, maar waar dit niet gebeurt, wat een verhouding is van 23,7 procent op de 644.000 daghospitalisaties. Indien we deze zelfde verhouding toepassen op de 290.000 potentiële ingrepen die erbij komen door de uitbreiding van de A lijst, betekent dit dat er effectief 221.207 ingrepen zouden verschuiven van klassieke hospitalisatie naar het dagziekenhuis. Concreet zouden dus 865.207 ingrepen in het dagziekenhuis (tov 644.000 vandaag) en 478.730 ingrepen in klassieke opname (tov 700.000 vandaag) verlopen.

Extra duw: B-lijst

Minister Vandenbroucke wil de shift naar het dagziekenhuis een extra duw in de rug geven door ook te hameren op ingrepen en prestaties die zodanig geëvolueerd zijn dat ze redelijkerwijze in dagziekenhuis moeten worden uitgevoerd. Dat is de zogenaamde B lijst, die evenals de A lijst werd ingevoerd in 2002 en aan herziening toe was.

Voor de ingrepen die op de B lijst staan, ontvangt het ziekenhuis een vergoeding equivalent aan één dag in het dagziekenhuis, ook al wordt de patiënt in klassieke hospitalisatie opgenomen. Dit enkel op voorwaarde dat het een electieve ingreep betreft bij een patiënt jonger dan 75 jaar, zonder bijkomende gezondheidsproblemen.

Dat moet ervoor zorgen dat ziekenhuizen er geen belang bij hebben om de patiënt langer dan nodig op te nemen.

Voorbeelden van ingrepen op deze lijst zijn het verwijderen van spataders, een besnijdenis of het wegnemen van amandelen bij een kind. Het aantal ingrepen op de B lijst stijgt van 145 tot 189. Aan de bestaande B lijst, werden enkele prestaties toegevoegd die actueel reeds in meer dan 85% der gevallen in daghospitalisatie of zelfs ambulant worden uitgevoerd.

Wat betekent deze uitbreiding concreet voor de ziekenhuizen?

- De uitbreiding van de A lijst betekent dat in geval de desbetreffende ingreep in het dagziekenhuis gebeurt, het ziekenhuis hier een bedrag voor opname in dagziekenhuis kan aanrekenen. Dat bedrag verschilt van ziekenhuis tot ziekenhuis, maar gemiddeld gaat het over 200 euro en dit sinds 1 januari 2023.

- Een deel van de ingrepen die nu aan de A lijst zijn toegevoegd, verlopen vandaag al in het dagziekenhuis: ze genereerden dan wel geen bedrag voor opname, maar er kon een maxiforfait voor de algemene anesthesie worden aangerekend die ook verschillend is van ziekenhuis tot ziekenhuis, maar gemiddeld 145 euro bedraagt. Dit bedrag valt weg, maar wordt gemiddeld dus meer dan gecompenseerd door het bedrag voor opname in het ziekenhuis.

- Een deel van de ingrepen die nu aan de A lijst zijn toegevoegd, gebeurden vandaag al in klassieke hospitalisatie en genereerden dus verantwoorde ligdagen die de basis van de berekening van het budget van het ziekenhuis uitmaken binnen twee jaar. Nu die ingrepen ook op de A lijst staan, genereren ze ook verantwoorde ligdagen zelfs wanneer uitgevoerd in het dagziekenhuis (0.95 ligdag om precies te zijn sinds 1 juli 2022 – vroeger was dat 0.81). Dit wordt opgenomen in de berekening van het budget op het moment dat de gegevens van 2023 worden gebruikt. Dat zal in de loop van 2025 zijn.

- Het herinvoeren van de B lijst betekent dat voor opnames die op die lijst staan (en op voorwaarde dat het over een ongecompliceerde patiënt gaat jonger dan 75 jaar, het ziekenhuis hoe dan ook maar een dagopname mag factureren. Hierdoor wordt bespaard op een aantal ligdagen (de zogenaamde oneigenlijke verblijven). De middelen die zo vrijkomen, worden integraal gebruikt om het OK beter te financieren. Dit zal evenwel pas in voege gaan op moment dat de hospitalisatiegegevens van 2023 zullen gebruikt worden voor de berekening van het budget, in 2025.

- Impact op personeelsschaarste in de ziekenhuizen: shift van klassieke hospitalisatie naar het dagziekenhuis betekent minder ziekenhuisovernachtingen en dus ook minder nood aan verpleegkundige supervisie, in het bijzonder ’s nachts en in de weekends.

> Dagziekenhuis draait naar het nieuwe normaal

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.