Het Rekenhof onthoudt zich opnieuw van een oordeel over de jaarrekening 2022 van de federale staat. Volgens een mededeling van de begrotingswaakhond bevatten de rekeningen, net als vorig jaar, "te veel significante onzekerheden en tekortkomingen". Die onthouding is "het meest ongunstige oordeel" dat externe certificeerders kunnen geven.
Sinds het boekjaar 2020 moet het Rekenhof een certificaat geven aan de geconsolideerde rekening van de federale staat. Het oordeel over het getrouw beeld van de rekeningen is niet louter een verplichting die in de Europese en nationale regels is opgenomen.
"Het is ook een vereiste voor de geloofwaardigheid van de overheid, want ze draagt bij tot de transparantie en de betrouwbaarheid van het beheer van die rekeningen", schrijft het Rekenhof.
Maar voor het derde jaar op rij moet het Rekenhof zich onthouden bij de beoordeling. Het Rekenhof "kon niet de nodige controle-informatie verkrijgen waarop het zijn oordeel over die jaarrekening kan baseren". Het gaat daarbij over de jaarrekening van de diensten van het algemeen bestuur, maar ook die van 79 andere diensten en instellingen.