Sinds 2011 houdt het InterMutualistisch Agentschap toezicht op het aantal mensen dat profiteert van de maximumfactuur. Na relatief stabiel te zijn gebleven tot 2018, zijn de cijfers sterk gedaald. Maar tegen 2021 is een verdere stijging van de curves zeer duidelijk.
Het principe van het maximumfactuur is bekend. Wat minder bekend is, is hoe het wordt berekend, en dit is waar de dingen ingewikkeld worden, omdat er drie berekeningsmethoden zijn.
De inkomens-MAF wordt bepaald op basis van het gezinsinkomen. De sociale MAF betreft BIM's en zal in 2024 €516,92/jaar bedragen na indexatie. De MAF chronische zieken heeft betrekking op huishoudens waarvan één lid de status “chronische aandoening” heeft of waar het totale remgeld van één van de gezinsleden in de twee voorgaande jaren 450 euro overschreed. Deze is verlaagd met 114,87 euro, geïndexeerd tot 2024.
Het is belangrijk op te merken dat het begrip huishouden verschillend is voor de inkomens-MAF en de sociale MAF. Het systeem heeft alleen betrekking op het officiële bedrag van de eigen bijdrage en houdt geen rekening met extra kosten of niet-vergoede zorg.
Analyse van recente gegevens
Het InterMutualistisch Agentschap (IMA) heeft onlangs statistieken verschaft over MAF-begunstigden. De gepubliceerde gegevens omvatten geen personen jonger dan 19 jaar.
Volgens deze analyse is er, na een daling vanaf 2019 in het aantal personen of huishoudens dat de MAF ontvangt (alle drie de berekeningsmethoden samengenomen), de laatste jaren een stijging. Voor individuele begunstigden steeg het cijfer van 10,93% van de Belgische bevolking die het plafond bereikte in 2018, naar 10,1% in 2019 en 7,86% in 2020. Maar de cijfers voor 2021, de meest recente die beschikbaar zijn, stijgen naar 8,78%. De curves voor huishoudens in plaats van individuen vertonen dezelfde trend.
Regionale verschillen
Als we de gegevens uitsplitsen per gewest, zien we dat de cijfers iets hoger liggen dan het Belgische gemiddelde in het Waalse Gewest: 9,76% in 2021. Ze liggen iets lager in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (7,79% in 2021) en het Vlaams Gewest (8,44%).
Uitsplitsing per inkomensniveau
IMA heeft de percentages begunstigden ook uitgesplitst volgens een reeks plafonds, elk bepaald per inkomensniveau. Deze plafonds variëren van 487,08 euro tot 1.948,32 euro. Deze uitsplitsing laat een trend zien die in grote lijnen vergelijkbaar is met die van de individuen of huishoudens die een uitkering ontvangen.
Verklarende hypothesen
Analisten constateren een daling van het aantal uitkeringsgerechtigden ten tijde van de covid-crisis en suggereren een oorzakelijk verband. Maar ze voegen eraan toe dat regionalisering ook heeft bijgedragen aan de daling van het aantal.
> Bekijk het volledige IMA-onderzoek