In verschillende landen hebben ongeveer 4,3 miljoen meisjes vorig jaar het risico gelopen op genitale verminking (VGV), melden de Verenigde Naties. Het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten heeft vrijdag in Genève gewaarschuwd dat families hiervoor met hun dochters internationaal reizen. Dat ondermijnt de strijd tegen het probleem.
De VN definiëren VGV als: "elke ingreep die leidt tot een gedeeltelijke of volledige verwijdering van de externe geslachtsorganen van de vrouw of elke andere verwonding van de vrouwelijke geslachtsorganen toegebracht om niet-medische redenen". In veel landen is dat verboden, maar families keren vaak terug naar hun thuisland om daar dat soort handelingen bij jonge meisjes te laten uitvoeren. In sommige gevallen worden meisje s ook meegenomen naar derde landen die fungeren als internationale centra voor VGV. Vermoedelijk worden daardoor ook in Europa meer dan 600.000 vrouwen geconfronteerd met dergelijke verminkingen.
De verminking van vrouwelijke geslachtsdelen "moet geëlimineerd worden", zegt Hoge Commissaris Volker Türk. Staten hebben zich volgens Türk geëngageerd voor de mensenrechten om het hoofd te bieden aan deze verminking. Hij roept op tot samenwerken aan politieke en wettelijke kaders om dit soort praktijken te bestrijden.