“Ik ben ervan overtuigd dat digitale medische technologie er kan toe bijdragen dat artsen meer tijd kunnen besteden aan rechtstreeks contact met hun patiënten. Ze kunnen de kwaliteit van de zorgverstrekker-patiëntrelatie verbeteren. Op dat vlak vormt digitale medische technologie een duurzame oplossing voor de uitdagingen waarmee we worden geconfronteerd”, benadrukt Frank Vandenbroucke. De minister van Volksgezondheid verduidelijkt zijn visie op de digitalisering van de gezondheidszorg en geeft aan hoe hij daar politiek mee aan de slag gaat.
Welke maatregelen zijn er tijdens uw mandaat genomen om digitale medische technologieën te ontwikkelen?
Frank Vandenbroucke: “We verwachten van digitale technologie dat ze bijdraagt tot de doelstellingen die we van bij de start van de legislatuur vooropstelden. We vestigden steeds de aandacht op de realisatie van de objectieven van de zogenoemde ‘quintuple aim’, de realisatie van de new deal, de ondersteuning van de geïntegreerde zorg en de paradigmashift in de zorg. De zorg wordt zo een multidisciplinair gebeuren waarin ook de zorggebruiker en zijn omgeving een actieve rol spelen.”
“Tevens willen we komen tot een wezenlijke verbetering voor de zorgverstrekkers. Daarom worden digitale tools bij voorkeur ontwikkeld in co-creatie met de zorgverstrekkers en de zorggebruikers.”
Ook de zorggebruikers moeten mee profiteren van de digitale tools. Deze hulpmiddelen kunnen thuiszorg faciliteren en monitoring op afstand of bepaalde therapieën ondersteunen. Ook teleconsultaties kunnen een verlichting betekenen.
Verplaatsingen en wachttijden vermijden en de mogelijkheid om in de eigen omgeving te worden verzorgd, verbeteren mogelijk sterk de zorgervaring. De zorggebruiker en zijn omgeving kunnen een rol spelen als actieve partner in het zorgproces.”
“De geestelijke gezondheidszorg (GGZ) kan eveneens voordeel halen uit digitale tools. Ze kunnen een deel van de oplossing zijn in het verminderen van de wachtrijen in de GGZ.”
Wat zijn de voordelen van deze nieuwe technologie voor zorgverstrekkers, patiënten en de overheid?
“Digitalisering van zorg, gezondheidszorg en welzijn zullen blijven toenemen. Binnenkort maakt digitaal integraal deel uit van de gezondheidszorg. Allerhande ‘wearables’ en digitale tools spelen bijvoorbeeld een rol in preventie en gezondheidspromotie. Het is belangrijk om deze nieuwe hulpmiddelen in een correct kader aan te bieden. Digitale geletterdheid en een preventiecultuur worden essentiële elementen in de gezondheidszorg.”
“De meest kwetsbare groepen, die het grootste voordeel kunnen halen uit digitale tools, zijn vaak ook het moeilijkst te bereiken. De digitale kloof bestaat ook in de gezondheidszorg. Ik denk bijvoorbeeld aan ouderenzorg en thuiszorg of telebewaking, die patiënten toelaat om zich minder te moeten verplaatsen. We moeten deze hulpmiddelen zo toegankelijk mogelijk maken voor iedereen, ook voor mensen die ‘digitaal’ niet meteen in hun DNA hebben zitten. Dat is een kwestie van inclusie en gelijkheid. Globaal genomen moeten digitale hulpmiddelen toegankelijk zijn, de zorgtoegankelijkheid ondersteunen en verbeteren en macht geven aan de patiënt en zijn omgeving.”
“Digitalisering moet ertoe leiden dat de zorgverstrekkers meer tijd kunnen besteden aan effectieve zorg en aan het contact met hun patiënten. Ze moet een positieve impact hebben op het comfort van iedereen die bij het zorgproces betrokken is. Dat geldt in de eerste plaats voor de patiënt zelf. Door de administratieve last van de arts te verlagen maakt digitalisering het mogelijk om meer tijd te nemen voor de zorg voor en het gesprek met de patiënt. Dat komt de kwaliteit van de raadpleging ten goede.
Bovendien moet de zorgverstrekker een return on investment ervaren bij het gebruik van digitale middelen. Hij moet beschikken over kwaliteitsvolle info over zijn patiënten en kunnen rekenen op de inzet van andere zorgverstrekkers binnen het kader van een multidisciplinaire en transversale samenwerking. De informatie moet duidelijke en volledige worden gepresenteerd met de hulp van beslissingstools op basis van artificiële intelligentie. Dat moet resulteren in meer arbeidsvreugde, een betere zorgkwaliteit en meer tijd voor de patiënt.”
“Het hergebruik van geanonimiseerde gegevens (uiteraard met absoluut respect voor de privacy van de patiënt) laat een betere preventie en een voortdurende verbetering van de zorg toe. We onderzoeken met name hoe we incentives kunnen voorzien voor het kwaliteitsvol registreren, delen en gebruiken van gedeelde gezondheids(zorg)gegevens. Veel van deze concepten vinden hun uitwerking in het Belgian Integrated Health Record, waar we verder werk willen van maken.”
De beroeps- en wetenschappelijke verenigingen en de ziekenhuizen kunnen sinds 1 oktober 2023 terugbetaling aanvragen van mobiele medische toepassingen. Wat verwacht u van deze maatregel?
“Met de oproep tot innovatieve projecten wil ik een nieuwe dynamiek opwekken. Ik hoop dat het gebruik van digitale hulpmiddelen en artificiële intelligentie ertoe bijdragen om tijd vrij te maken voor de interpersoonlijke relatie tussen gebruiker en arts.”
“Ik heb dus dit nieuwe proces uitgewerkt op basis van studie 362A van het KCE, die ook een vergelijking maakt met onze buurlanden. Alle landen zoeken nog naar de goede werkwijze. We zeggen dit: we moeten garanderen dat de applicaties werken en nuttig zijn, vooraleer we tot terugbetaling overgaan. Een multidisciplinair comité in de schoot van het Riziv is opgericht om de aanvragen te evalueren en hun positieve impact na te gaan op de gezondheidseconomie. Het comité moet tevens nagaan hoe ze worden geaccepteerd en gebruikt door zorgverstrekkers en zorggebruikers.”
“Studies tonen aan dat een ruimere terugbetaling niet noodzakelijk betekent dat het ook resulteert in functionele en bruikbare digitale toepassingen in zorgprocessen op langere termijn.”
Welke boodschappen wil u overbrengen om zorgverstrekkers en patiënten aan te moedigen nieuwe digitale technologie in de gezondheidszorg te gebruiken?
“Digitale medische technologie wordt – en is eigenlijk al – een essentieel onderdeel van elk zorgproces. Het positieve potentieel is enorm, maar de hulpmiddelen moeten wel correct worden ingezet. Ze moeten een echte toegevoegde waarde creëren voor de gezondheidszorg, voor de zorggebruiker en voor de zorgverstrekker.”
“We moeten teruggrijpen naar de Quintuple Aim: meer toegankelijkheid en zorgkwaliteit, minder lasten voor de zorgverstrekker en efficiënt aangewende financiële middelen. Correct gebruikt, kan nieuwe digitale technologie ons helpen bij elk van deze doelstellingen. Dat is de boodschap die ik wil geven.”
> Deel 2 van dit interview: Frank Vandenbroucke: "De bescherming van de privacy en de veiligheid van gezondheidsdata nemen we heel ernstig"