Tachtig procent van de Vlamingen vindt vaccins doeltreffend. Jongere mensen hebben minder vertrouwen in vaccins dan oudere generaties. Dat blijkt uit een studie die de UAntwerpen in het najaar van 2023 heeft uitgevoerd, en waarvan Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) de resultaten bekendmaakte.
Het vaccinatievertrouwen in Vlaanderen en in België ligt in lijn met het gemiddelde in Europa. Zo is 83 procent het er mee eens dat vaccins belangrijk zijn voor kinderen en vindt 78,6 procent vaccins belangrijk voor volwassenen. Ruim driekwart gelooft dat vaccins veilig zijn en 80 procent noemt vaccins doeltreffend.
Daarnaast is 74 procent het eens dat vaccins compatibel zijn met hun religieuze, persoonlijke of filosofische overtuiging en is 57 procent het eens dat vaccins belangrijk, veilig, doeltreffend en compatibel zijn met hun overtuigingen. Het vertrouwen verschilt ook naargelang het type vaccin. Die tegen HPV en covid genieten het minste vertrouwen. En oudere generaties hebben meer vertrouwen in vaccins dan jongere volwassenen.
Voor minister Crevits is het van belang dat het vaccinatievertrouwen verder wordt versterkt. De minister maakt de cijfers donderdag bekend naar aanleiding van de Gezondheidsconferentie Vaccinatie. Het is voor haar de gelegenheid om een nieuwe gezondheidsdoelstelling te lanceren, namelijk dat de Vlaamse bevolking tegen 2030 nog beter gevaccineerd is.
Concreet moet de vaccinatiegraad voor kinkhoest en griep bij zwangere vrouwen omhoog naar 90 procent. Bij de laatste vaccinatiegraadstudie uit 2020 was vaccinatie tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap al gestegen tot 85 procent en die tegen griep tot 62,3 procent. Het is voorts de ambitie dat 80 procent van de 65-plussers wordt gevaccineerd tegen griep. Nu schommelt dat cijfer rond de 60 procent.
Voor gezondheidswerkers wordt een vaccinatiegraad voor vaccinatie tegen griep van 90 procent geambieerd. Voor gezondheidswerkers die in contact komen met zuigelingen, jonge kinderen en zwangere vrouwen wordt ook gemikt op 90 procent vaccinatiegraad tegen kinkhoest.
Tegen 2030 moeten onvoldoende bereikte groepen ook beter bereikt zijn. Dat zijn doorgaans groepen die wegens hun sociale situatie, taal, mobiliteit, werksituatie, woonplaats of herkomst minder goed geïnformeerd zijn of minder toegang hebben tot het vaccinatieaanbod. Ook zal extra aandacht gaan naar een aangepast vaccinatiebeleid voor (internationale) reizigers, voor personen met onderliggend lijden en voor mensen die in de voedingssector aan de slag zijn.