De federale regering koopt voor 200 miljoen euro artilleriemunitie aan voor Oekraïne. Dat heeft premier Alexander De Croo aangekondigd. De aankoop gebeurt binnen een Europees samenwerkingsverband onder leiding van Tsjechië.
De Croo was het afgelopen weekend nog samen met de voorzitster van de Europese Commissie Ursula von der Leyen, de Italiaanse premier Giorgia Meloni en de Canadese premier Justin Trudeau in Kiev om de tweede verjaardag van de Russische invasie te herdenken. De Oekraïense president Volodimir Zelenski greep het bezoek van de westerse leiders aan om dringend nieuwe wapenleveringen te vragen. Oekraïne heeft het moeilijk aan het front en dreigt nog meer terrein te moeten prijsgeven aan Rusland als het niet snel nieuwe munitie krijgt.
Die oproep is in Europa niet in dovemansoren gevallen. De Croo benadrukte zaterdag in het Oekraïense Parlement al dat Europa sneller moet leveren, en onder leiding van Tsjechië komt er nu een soort Europese groepsaankoop van 155mm-granaten, bedoeld om doelwitten te raken op 30 à 50 kilometer afstand. Na het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Denemarken, Canada en Zweden stapt ook ons land daarin mee, kondigde de premier aan na afloop van een vergadering van het kernkabinet.
Besteld buiten Europa
De federale regering maakt daar 200 miljoen euro voor vrij. Voor dat bedrag kunnen "vele tienduizenden" stuks artilleriemunitie worden aangekocht, al blijft het concrete aantal afhankelijk van de marktomstandigheden. De hele Europese bestelling zou al tussen de 1,5 en 2 miljard granaten beslaan. De Tsjechen bestellen die buiten Europa - in welke landen precies kon de premier niet kwijt - en zijn ook verantwoordelijk voor de levering, die nog voor einde maart zou kunnen plaatsvinden.
Het bedrag komt integraal van de belastingen die ons land heft op de winsten die de in België bevroren Russische tegoeden opleveren. Die tegoeden leveren dit jaar in totaal ongeveer 1,5 miljard euro op, waarvan de helft naar militair materieel voor Oekraïne gaat en de andere helft naar humanitaire, medische of andere vormen van hulp.
Naast de 200 miljoen voor de Europese groepsaankoop kan ons land zo via Defensie ongeveer 334 miljoen euro vrijmaken voor bijkomende militaire steun aan Oekraïne, kondigde minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) aan. Het gaat om 80 miljoen euro aan materiaal uit de stock van het Belgische leger. Het zou vooral om gepantserde voertuigen, elementen voor luchtafweergeschut en munitie met een kleiner kaliber gaan. Met de overige 254 miljoen euro levert ons land antidronecapaciteiten, raketten, andere types munitie, ontmijningssystemen en medisch materiaal, en blijft het Oekraïense militairen opleiden binnen de F-16-coalitie.
Op humanitair gebied voorziet de regering 150 miljoen euro om de komende vier jaar te investeren in de wederopbouw van Oekraïne, met een focus op scholen, ziekenhuizen en energie-infrastructuur, zei minister van Ontwikkelingssamenwerking Caroline Gennez (Vooruit), die afgelopen weekend ook in Oekraïne was. Dat geld gaat naar de regio Tsjernihiv, die zwaar belegerd werd door de Russen.
