België telde in 2023 ongeveer 111.300 overlijdens, zo'n 0,6 procent minder in vergelijking met het gemiddelde van voorgaande jaren. Dat blijkt uit cijfers van het Belgische statistiekbureau Statbel. Bovendien waren er afgelopen jaar heel wat minder doden dan voorspeld door Sciensano, wat van 2023 een ondersterftejaar maakt. In tegenstelling tot voorgaande jaren waren factoren die het overlijdensrisico vergroten - extreme temperaturen, luchtvervuiling, infectieziekten - veel minder aanwezig.
Het totale aantal doden lag in 2023 4,3 procent lager dan in 2022. Maar wanneer we vergelijken met de bredere referentieperiode 2018-2019-2021-2022 bedraagt de daling slechts 0,6 procent, oftewel 700 overlijdens minder. Het jaar 2020 werd niet opgenomen in de bredere referentieperiode, omdat de coronapandemie zwaar doorwoog op het overlijdenscijfer.
Achter de daling van het aantal overlijdens in België gaan wel regionale verschillen schuil. Zo zien we een grotere dip in het Brussels Hoofdstedelijk gewest (- 3,2 procent) en het Waalse gewest (-1,6 procent), vergeleken met de bredere referentieperiode. In het Vlaamse gewest ging het dan weer om een minieme stijging van 0,3 procent.
De onderzoekers wijzen voor een mogelijke verklaring naar de bevolkingsstructuur. Zo kende Vlaanderen in 2023 de grootste proportie 85-plussers, gevold door Wallonië en dan Brussel. Verder zien we bij zowel mannen als bij vrouwen een daling en in alle leeftijdsgroepen, met uitzondering van de 85-plussers.
Sciensano duidt in zijn rapport op 110.334 overlijdens. Dat aantal ligt lager dan het aantal van Statbel, maar het verschil is te verklaren door methodologische verschillen. Zo neemt Sciensano de overlijdens in het buitenland niet op. Op basis van het statistische Be-MOMO-model (The Belgian Mortality Monitoring, nvdr.) verwachtte het gezondheidsinstituut 113.106 overlijdens. Met 2.772 stefgevallen minder dan voorspeld, komt de ondersterfte neer op -2,5 procent.
Het is van 2014 geleden dat ondersterfte op niveau van de hele Belgische bevolking werd waargenomen. Ook het sterftecijfer - met 939 sterftegevallen per 100.000 inwoners - lag bijzonder laag. Een belangrijk detail: er was zowel ondersterfte in Vlaanderen als Wallonië, maar niet in Brussel. Daar werd wel oversterfte vastgesteld in de meeste leeftijdsgroepen.