Artsen zonder Grenzen (AZG) heeft de medische activiteiten opgeschaald in de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince. Dat meldt de hulporganisatie woensdag in een persbericht. Een invloedrijke bendeleider dreigde dinsdag met een burgeroorlog in het Caraïbische land als premier Ariel Henry aan de macht blijft.
De aankondiging dat de algemene verkiezingen mogelijk tot augustus 2025 worden uitgesteld, veroorzaakt chaos in de Haïtiaanse hoofdstad. Sinds 2016 zijn er geen verkiezingen meer gehouden in het arme land. Het geweld en daarmee het aantal gewonden is sinds afgelopen weekend sterk toegenomen. Maandag riep de regering nog de noodtoestand uit nadat gewapende bendes de grootste gevangenis in de hoofdstad hadden bestormd.
Omdat verschillende lokale ziekenhuizen niet meer functioneren, heropende Artsen zonder Grenzen nu, twee weken eerder dan gepland, een noodcentrum in het district Turgeau om de druk op de bestaande faciliteiten te verminderen. Eerder deze week opende de hulporganisatie ook een nieuw ziekenhuis voor gewonden in de gemeente Carrefour, met een operatiekamer en 25 bedden.
Ook de beddencapaciteit van het ziekenhuis in Tabarre is opgetrokken tot 75. "We krijgen gemiddeld vijf tot tien nieuwe gevallen per dag binnen", aldus Mumuza Muhindo Musubaho, hoofd van de activiteiten van AZG in Haïti. "We werken tegen de grenzen van onze capaciteit."
De organisatie is daarnaast op zoek naar extra ziekenhuizen in verschillende delen van Port-au-Prince. De onveiligheid en geïmproviseerde wegversperringen voorkomen volgens Artsen zonder Grenzen namelijk dat ambulances patiënten kunnen vervoeren.
"Duizenden mensen zijn de afgelopen dagen hun huizen ontvlucht door gevechten in hun buurten", klinkt het. De teams van Artsen zonder Grenzen vrezen ook dat seksueel geweld toeneemt door de onveiligheid in de hoofdstad. Het geweld is volgens de hulporganisatie het gevolg van een opeenstapeling van crises die het land in zijn greep houdt sinds de moord op voormalig president Jovenel Moïse in 2021.