Met ruim 450 aanwezigen (twee grieperige artsen zegden af) zat het auditorium van het UZ Gent afgelopen maandag propvol om een resem experts te aanhoren en te interpelleren over covid-19. Alles werd deskundig op een rijtje gezet. We pikken er enkele vaststellingen uit. Maar kon een dergelijke massale bijeenkomst van artsen nog in coronatijden?
UZ Gent-hoofdarts Frank Vermasse (foto): “We wogen dat risico zorgvuldig af tegen de huidige informatiehonger bij de artsen. We mogen veronderstellen dat onze collega’s zelf wel alle mogelijke hygiënische maatregelen nemen. De massale opkomst bewijst dat we er goed aan deden om deze inforonde te handhaven. Overigens zitten we nog in fase 2 - op het einde van de info-avond zelf nog kondigde Italië een volledige lockdown af, red. - wat een verschil uitmaakt met Italië.”
Expert Steven Callens, door de wol geverfd al door de ebolacrisis destijds, mocht de spits afbijten. Hij viel meteen met de deur in huis met zijn eerste dia: het opiniestuk van Philippe Devos in MediSfeer dat veel stof deed opwaaien, of, zoals Callens het uitdrukte: "... een rimpel in de algemene pers."
Hij zette er zijn eigen worst-casescenario – en dat van Steven Van Gucht – tegenover. Een stuk minder vervaarlijk omdat de R0 bij hem een stuk lager ligt. Logisch ook in die zin dat intussen de bevolking naar we mogen veronderstellen ook voldoende doordrongen van het belang van beschermingsmaatregelen zodat de parameters ten gunste moeten veranderen. Conclusie van prof. Callens: bij verantwoord gedrag van de bevolking ziet het ernaar uit dat we ons eerder mogen voorbereiden op een ernstig ‘griepseizoen’, maar ook niet meer dan dat.
Pneumologe Eva Van Braeckel verwees naar de eerste studies aan voor covid-19. Zo is er de zeer recente studie van een maand geleden in The Lancet: Huang et al, 2020, en de studie verschenen in NEJM Guan et al 2020). Die laatste studie is een van de grootste tot nu toe bij covid-19 patiënten (1.099 gehospitaliseerde patiënten in totaal), weliswaar met enkele onderschatte outcomeparameters en met meer mannen dan vrouwen. 24% had co-morbiditeit.
Nausea, braken en diarree komen in mindere mate voor, tenzij bij patiënten in een ernstig gevorderde toestand. Misschien een voorzichtige boodschap naar huisartsen dat iemand die enkel gastro-intestinale klachten heeft zonder epidemiologische link, niet direct de hoogste verdenking moet genieten. En, een relativerende noot: ruim 80% van de infecties verloopt mild.
Belangrijk ook, stipte ze nog aan: voor zwangere vrouwen zijn er geen argumenten voor verticale transmissie.
> Lees ook: "Souplesse voor attesten arbeidsongeschiktheid."
De presentaties kunt u hier herbekijken.