De FCEE ontving en onderzocht vorig jaar 3.991 registratiedocumenten voor euthanasie. Ze oordeelde dat die allemaal voldeden aan de wettelijke vereisten. Daarmee vertegenwoordigde euthanasie 3,6 procent van de sterfgevallen in 2024, zo blijkt uit gegevens van statistiekbureau Statbel, tegenover 3,1 procent in 2023.
Opvallend is een forse toename van 25 procent van het aantal Nederlandstalige patiënten. Zij vertegenwoordigden met 3.042 meer dan 76 procent van de gevallen in 2024. Langs Franstalige zijde was er daarentegen sprake van een daling van 1.001 in 2023 naar 949 vorig jaar. "De commissie heeft hier geen mogelijke verklaring voor", luidt het.
Het gros van de patiënten was ouder dan 70 jaar (72,6 procent) en ruim 43 procent zelfs ouder dan 80 jaar. "Euthanasie bij patiënten jonger dan 40 jaar blijft zeldzaam", zegt de FCEE. Vorig jaar ging het bij die groep om 50 gevallen.
In één geval ging het om euthanasie bij een minderjarige. "Sinds de uitbreiding van de wet in 2014 komt het totaal aantal geregistreerde gevallen bij minderjarigen daarmee op zes", klinkt het.
Ziektebeeld
Meer dan de helft van de personen die euthanasie ondergingen, leden aan kanker (54 procent). Daarna volgen patiënten met verschillende chronische en ongeneeslijke aandoeningen (polypathologie) met ruim een kwart (26,8 procent), ernstige neurologische ziekten (8,1 procent), ademhalingsaandoeningen (2,9 procent) en cardiovasculaire aandoeningen (2,6 procent). "Euthanasie voor psychiatrische aandoeningen en cognitieve stoornissen blijft zeldzaam", licht de FCEE toe.
In 76,6 procent van de gevallen werd het overlijden op korte termijn verwacht. Euthanasie bij patiënten die niet terminaal zijn, neemt wel toe, vooral dan bij de groep met meervoudige chronische aandoeningen.
Veruit de meeste patiënten ervaarden zowel fysiek als psychisch lijden (82 procent). Net geen 16 procent ervoer alleen fysiek pijn en 1,9 procent uitsluitend psychisch lijden.
120 buitenlanders
Vanaf maart tot en met december 2024 hebben 120 patiënten die in het buitenland woonden, euthanasie ondergaan in België. Het gaat om de eerste volledige euthanasiecijfers over buitenlandse patiënten. Pas in maart 2024 is de anonimiteit van het registratiedocument opgeheven, voordien waren patiënten niet verplicht om hun woonplaats te vermelden in het deel dat zichtbaar is voor de FCEE.
Veruit de meeste buitenlandse patiënten in de laatste tien maanden van 2024 waren Fransen: 106 of 88,3 procent. Daarnaast zitten ook zes Belgen die in het buitenland woonden (uit Frankrijk, Nederland, Portugal, Duitsland, Italië en de Verenigde Staten), vervat in de statistieken. Telkens twee patiënten uit Nederland en Duitsland kregen hier euthanasie. Daarnaast gaat het nog om telkens één patiënt uit Spanje, Hongarije, Portugal en Engeland.
Aangezien het om de eerste volledige statistieken gaat, is er geen vergelijkingsbasis. "We zien wel dat het aantal patiënten die uit het buitenland voor euthanasie komen, progressief aan het stijgen is", licht Wim Distelmans, professor palliatieve geneeskunde en Nederlandstalig voorzitter van de FCEE, toe.
Volgens de commissie leed de meerderheid van de patiënten uit het buitenland die in België euthanasie kregen, aan neurologische aandoeningen, tumoren of een combinatie van verschillende chronische en ongeneeslijke aandoeningen (polypathologie).