Artificiële intelligentie (AI) dringt steeds verder door in de gezondheidszorg. Maar acceptatie blijft een conditio sine qua non voor de wijdverspreide integratie ervan. Met dit in gedachten onderzochten wetenschappers van de Universiteit van Aken in een integratieve review, gepubliceerd in NPJ Digital Medicine, de obstakels en katalysatoren die van invloed zijn op de acceptatie van AI door professionals in de gezondheidszorg in een ziekenhuisomgeving.
In totaal werden 42 artikelen die voldeden aan de inclusiecriteria beoordeeld. Relevante studie-elementen waren onder andere het type AI, factoren die de acceptatie beïnvloeden en het beroep van de deelnemers. De evaluatie van deze studies was gebaseerd op het Unified Theory of Acceptance and Use of Technology (UTAUT)-model.
Uit dit onderzoek blijkt dat AI op verschillende manieren wordt waargenomen in de ziekenhuiscontext. Klinische beslissingsondersteunende systemen waren de meest genoemde vorm van AI (n = 21). Percepties van de impact van AI op fouten, waarschuwingsgevoeligheid en toewijzing van middelen varieerden. Angst voor verlies van professionele autonomie en de uitdagingen om AI te integreren in klinische processen werden echter unaniem erkend als beperkende factoren. Omgekeerd bleek training in het gebruik van AI een faciliterende factor te zijn.
Deze heterogene resultaten kunnen worden verklaard door verschillen in de toepassing en werking van de verschillende AI-systemen en door interprofessionele en interdisciplinaire verschillen. Bovendien zijn deze resultaten complementair en parallel met de barometer 'De toepassing van AI in Belgische ziekenhuizen' en de barometer 'De toepassing van AI in huisartsengeneeskunde' uitgevoerd door AI4Health (AI4Belgium) in samenwerking met De Specialist, Medi-sfeer en Numerikare (RMN Group) en de AI and Digital Medicine Chair aan UMONS.
Binnenkort wordt een nieuwe versie van de AI-barometer gelanceerd.