Op 2 december organiseerde de Franstalige tegenhangerr van de VVOG, het Collège royal des gynécologues obstétriciens de langue française de Belgique (CRGOLFB) een symposium rond het thema "gynaecologisch en obstetrisch geweld: (bij)scholing om te voorkomen." Het College is bezorgd dat "artsen het steeds moeilijker vinden om hun beroep met een gerust hart uit te oefenen."
De voorzitter, professor Pierre Bernard, spreekt over het belang om het publiek, de beroepsgroep en politici bewust te maken van gynaecologisch en obstetrisch geweld. "Het uitgangspunt voor dit symposium was het rapport dat in ontwerp in de Senaat bleef en dat de Gezondheidscommissie voorstelde aan de plenaire vergadering, waar het ter stemming werd voorgelegd. Bij de eerste lezing verzetten Vlaamse en Franstalige gynaecologen zich ertegen. We waren ontzet toen we de tekst lazen", herinnert Pr Bernard zich.
Het debat in zijn context: "Aanvankelijk was het uitgangspunt van twee senatoren van Ecolo zeer welkom: de strijd tegen gynaecologisch en obstetrisch geweld verbeteren. Hun voorstel voor een eerste tekst in 2021 was evenwel ontoereikend, waardoor ze hoorzittingen organiseerden met onder anderen gynaecologen. Er is naar ons geluisterd, maar we zijn niet gehoord".
Op zoek naar een akkoord
Professor Pierre Bernard beklemtoont dat het nog steeds mogelijk is om tot een akkoord te komen, onder bepaalde voorwaarden: "Eerst en vooral moeten we definiëren wat obstetrisch geweld is."
Een prioriteit is een einde maken aan de verwarring: "Diverse studies tonen aan dat 25 tot 30% van de vrouwen een traumatische ervaring heeft tijdens de bevalling. Incompetente beïnvloeders concluderen hieruit dat 30% van de vrouwen gynaecologisch-obstetrisch geweld heeft ondergaan, met andere woorden inadequaat of ongepast gedrag van zorgverleners. Zo'n amalgaam is onnauwkeurig, want het zijn de zwangerschaps- en bevallingsgebeurtenissen op zich die traumatisch zijn, zonder dat er sprake is van geweld door zorgverleners."
Hij wil ook nepnieuws deconstrueren. "Zo was er het bericht dat een bevalling in 90% van de gevallen probleemloos verloopt. Dat cijfer is duidelijk onjuist. Als we kijken naar de officiële cijfers van CEpiP (het Franstalige centrum voor perinatale epidemiologie, ons SPE, red.), zien we dat slechts 15% van de bevallingen plaatsvindt zonder medische ondersteuning. Dat cijfer stijgt tot 40% als we epidurale behandelingen buiten beschouwing laten. In totaal is bij meer dan 60% van de bevallingen medische hulp nodig voor het welzijn van de moeder en het ongeboren kind: keizersnede, forceps, episiotomie of scheurhechting, perfusie, etc.", legt de gynaecoloog uit.
Patiënten moeten zich ervan bewust zijn dat een " natuurlijke" bevalling voor de meeste geboorten niet mogelijk is als de gezondheid van de moeder en de pasgeborene op de eerste plaats komt. "We moeten hen dus informeren en geïnformeerde toestemming aanmoedigen. Het is natuurlijk ingewikkeld om hierover vóór de bevalling te praten zonder patiënten te stressen, maar het werd ons opgelegd. Een van onze oplossingen was een infodocument over wat er vaak kan gebeuren tijdens een zwangerschap, zelfs een zwangerschap met een "laag risico". Dat document, beschikbaar voor gynaecologen en verloskundigen, is dus bedoeld voor alle zwangere vrouwen als basis voor informatie."
Juridische gevolgen
Ten gronde maken artsen zich zorgen. Welke rechtszekerheid hebben ze vandaag? "Bij een klacht tegen artsen is een van de eerste elementen die naar voren wordt gebracht of de patiënt al dan niet voldoende werd geïnformeerd. Artsen zijn daarom altijd verplicht om te bewijzen dat ze hun patiënten systematisch informeren door een brochure, een officieel document en/of een duidelijke verklaring".
De relatie met patiënten is de laatste jaren sterk veranderd: "Vragen van patiënten over onze praktijk (episiotomieën, infusen, monitoring, etc.) nemen toe.
Allemaal goed en wel, maar je moet nadenken over geïnformeerde toestemming, wat praktisch onmogelijk is in een noodsituatie. Het is dus belangrijk om vooruit te plannen," zegt professor Bernard.
Een andere belangrijke boodschap voor gynaecologen is om uit te leggen via permanente educatie dat we niet meer werken zoals 10 jaar geleden, met name wat betreft onze relatie met patiënten.
Het College wil een evenwichtig verslag opstellen voor de Senaat. Dat zal niet per se gemakkelijk zijn. "Ten eerste is er het eerder genoemde nepnieuws, dat het debat vervuilt. Bovendien zorgen deze alarmerende niet-wetenschappelijke gegevens voor onterecht wantrouwen van patiënten jegens ziekenhuizen en de artsen en verloskundigen die er werken. Ten tweede voorziet de huidige procedure van de Senaat voor haar rapporten niet in een validatie van de inhoud door competente en representatieve experts op het veld of door een wetenschappelijk comité. Verrassend!"
Dr. Lamy onderstreept ook het belang van preventie: "Het beroep van gynaecologen-obstetrici mag absoluut niet gereduceerd worden tot technische ingrepen. Bovendien zijn de perinatale cijfers in België zeer positief: het aantal keizersneden is stabiel, het aantal episiotomieën daalt... de praktijken veranderen. Het is belangrijk om dit te benadrukken, en bovenal wordt het beroep steeds meer vervrouwelijkt, net als het beroep van vroedvrouw."
Laatste reacties
Wouter Van Dalen
06 februari 2024https://www.degynaecoloog.nl/onderwerpen/zwanger-en-bevallen/
Voor de geïnteresseerde lezer, data van Perined over de Nederlandse verloskundige zorg 2020
(Ik verklap niks ;-)
Marc LESAGE
04 december 2023zelfs na voorafgaande selectie en verplichte bezoeken bij gynaecoloog vooraleer thuisbevalling in nederland wordt nog bijna 30 procent van thuisbevallingen gedurende of na bevalling naar ziekenhuis doorgestuurd!