Sociaal statuut: berekening activiteitsdrempels minder prestatiegericht

Het Riziv kondigt een verandering aan in de berekeningsmethode voor de activiteitsdrempel die het sociaal statuut vastlegt. Dat om een oplossing te vinden voor ‘sommige artsencategorieën’. Motivatie: de activiteit meten in uren klinische activiteit, eerder dan het prestatievolume.

Even terugspoelen. Sinds 2017 moet u een minimumbedrag aan verstrekkingen attesteren aan de verplichte ziekteverzekering (verzekering geneeskundige verzorging) in de loop van het jaar x-2. Voor de huisartsgeneeskunde en plastische chirurgie gaat het bijvoorbeeld om 25.000 euro.

Het Riziv publiceert een geactualiseerd overzicht van het sociaal statuut, de voorwaarden, de grootte van de bedragen en de aanvraagprocedure. Daarin zit ook een synthese vervat van het principe dat bij de vorige medicomut werd gevalideerd: de modulatie van de bedragen voor het sociaal statuut in functie van het activiteitsvolume van iedereen. Die regeling startte al in 2017. Vanaf dan moest u dus een minimumbedrag aan verstrekkingen attesteren aan de verplichte ziekteverzekering (verzekering geneeskundige verzorging) in de loop van het jaar x-2 (=referentiejaar, x is het toepassingsjaar). Dat terugtellen neutraliseert de effecten van werkongeschiktheid, bevallingsverlof of vaderschapsverlof. Er is ook een vorm van ‘assimilatie’ voorzien.

In het voorjaar liepen bij een Riziv-werkgroep meer dan 800 assimilatie-aanvragen binnen die werden onderzocht om de categorieën artsen te classificeren die er baat bij kunnen hebben. Er zijn brede gedragslijnen gedefinieerd, zoals het openen van de assimilatie voor collega's van wie de prestaties gegroepeerd worden gefactureerd (door een afdeling of afdelingshoofd). Het licht op groen ook, in een ziekenhuisomgeving, voor de hoofdartsen die nog steeds een klinische activiteit uitoefenen, maar niet voor wie zou zijn overgestapt naar een management- of administratieve functie. Noch voor adviserend artsen, verzekeringsartsen of wie in dienst werkt van een federale of regionale overheid, enz.

Bovendien bleek soms de kwantificatie van de activiteit van de aanvragers onmogelijk. Het was beter om de norm "om te zetten" in gemiddelde weekactivieteit. "Voor bepaalde categorieën artsen met een activiteit voor de ziekteverzekering en -uitkeringen, wordt een uurequivalent van 13 uur toegepast", geeft het Riziv aan.

Het Riziv vraagt nog een beetje geduld voor de details van de nieuwe methode en de doelgroepen: het zal communiceren zodra het ad hoc koninklijk besluit gepubliceerd is (maar die timing is in de huidige politieke context onvoorspelbaar). Het zal de betrokken artsen (met een aanvraag voor assimilatie sociaal statuut 2017 of 2018) melden.

 

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.

Laatste reacties

  • Marc VAN BREUSSEGEM

    18 december 2018

    Van een regeling voor verderwerkende collega 's die noodgedwongen hun pensioen opgenomen hebben is opnieuw geen sprake.Nochtans bewijzen zij aan hun oudere patienten een grote dienst door op een aangepaste wijze aan sociale tarieven zorg te verlenen.
    Marc Van Breussegem