De verzekeringssector kampt met een tekort aan raadgevende artsen. Samen met de beroepsverenigingen van verzekeringsartsen start sectorfederatie Assuralia daarom een campagne om nieuwe artsen aan te trekken.
Verzekeringsarts adviseert verzekeraars over klanten die een verzekering willen aangaan of vergoed willen worden en werkt meestal zelfstandig. Hij moet onafhankelijk en objectief werken ten opzichte van de verzekeringsbedrijven, heet het.
Momenteel kunnen de verzekeraars een beroep doen op een 150-tal verzekeringsartsen. Dat zijn er te weinig en de groep vergrijst, luidt het. "Ik vermoed dat er werk is voor enkele tientallen extra mensen", zegt Koen Brouwers van de Belgische Nederlandstalige Vereniging van Verzekerings-, Raadsgeneesheren en Medische Experten (BeNeVerMedex).
Oplopende wachttijden
Op het terrein gebeurt het al dat de wachttijden oplopen. "Maar dat is niet enorm. We passen ons aan en werken heel hard om alles gedaan te krijgen", zegt Brouwers. Vooral in West- en Oost-Vlaanderen is het tekort groot. Het aantal opdrachten neemt ondertussen toe.
De verzekeraars en de beroepsverenigingen van de verzekeringsartsen slaan de handen in elkaar om extra volk te vinden. Ze hebben daarvoor een nieuwe organisatie opgericht: Expecto. Naast een communicatiecampagne gericht op geneeskundestudenten en al actieve artsen, zal die vzw ook stages aanbieden die gecombineerd kunnen worden met de tweejarige Master na Master-opleiding tot verzekeringsarts.
Werkzekerheid
Wat kan twijfelaars overstag doen gaan? Het beroep heeft een aantal troeven tegenover andere medische beroepen. Er is veel werk, dus de verzekeringsartsen hebben werkzekerheid. De balans tussen werk en privé is ook beter: ze zijn baas over hun agenda en moeten geen wachtdiensten doen. Bovendien is de variatie in hun werk groot, klinkt het. Het beroep kan ook gecombineerd worden met een andere medische praktijk of werk in een ziekenhuis.