De Kamer vraagt de federale regering om een vakoverschrijdende werkgroep op te richten. Die moet een richtlijn opstellen voor de aanpak van het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS). Een resolutie van enkele CD&V'ers werd unaniem aangenomen.
Niet minder dan 20.000 tot 25.000 patiënten lijden in ons land aan CVS. De referentiecentra die CVS moesten aanpakken, faalden evenwel deerlijk (de revalidatieonvereenkomsten werden in 2011 stopgezet). Daarom vragen de CD&V'ers Nathalie Muylle, Nahima Lanjri, Sonja Becq, Roel Deseyn en Franky Demon een vakoverschrijdende werkgroep. Ze moet komen tot een standaardisering en kwaliteitsbewaking voor de diagnose, behandeling en opvolging van CVS/ME. Kwaliteitsindicatoren vormen daartoe de sleutel, stellen ze in een resolutie. Diagnosecentra zijn aangewezen met doorverwijzing voor ambulante individuele cognitieve gedragstherapie en/of graduele oefentherapie. Daarvoor is een tweejaarlijkse evaluatie nodig.
Voor de diagnose is een multidisciplinair team noodzakelijk. Dat bestaat uit een internist, psychiater, revalidatiearts, psycholoog, kinesitherapeut, sociaal werker, aangevuld met andere specialisten (neurologen, immunologen, pediaters), verpleegkundigen en diëtisten. De resolutie dringt aan op 'bijzondere aandacht' voor de vroege detectie van CVS/ME bij kinderen en jongeren.
De kamerleden hameren verder op een sensibiliserings- en informatiecampagne zodat artsen en ander zorgpersoneel in staat zijn om de symptomen vroegtijdig te herkennen, door te verwijzen naar de diagnosecentra en vooral de patiënten begripvol te benaderen. Met voldoende aandacht voor hun maatschappelijke reïntegratie, onderwijs of gedeeltelijke werkhervatting. Tot slot zijn maatregelen nodig om de prevalentie van CVS/ME bij volwassenen en kinderen te registreren, samen met de comorbiditeit.
De resolutie werd vorig jaar in september al neergelegd maar pas op 28 mei aangenomen. Wegens CVS van de kamerleden?