Klachtenmeldpunt Brusselse ziekenhuizen: tegenwind

Vlaams minister voor de Vlaamse Rand Ben Weyts zet mee zijn schouders onder een nieuw meldpunt voor spoeddiensten en ziekenhuizen in Brussel die geen zorg in het Nederlands aanbieden. Dat meldde hij vrijdag. Het initiatief gaat uit van de Vlaamse Volksbeweging (VVB), het Vlaams Artsenverbond (VAV) en het Vlaams Komité voor Brussel (VKB). Dr. Kenneth Coenye zet zich daar grotendeels tegen af.

"Nederlandstaligen uit de Vlaamse Rand en Brussel hebben recht op zorg in hun eigen taal, zeker in situaties waarin elke seconde telt. Dat is gewoon een mensenrecht", zegt Weyts. "We hebben al genoeg geprobeerd om dit op de politieke agenda te zetten, maar dat valt telkens op een koude steen. Daarom veranderen we nu het geweer van schouder en kiezen we als het moet de juridische weg. Dat begint met klachten verzamelen."

Spoedgevallendiensten, medische urgentiegroepen (mug) en openbare ziekenhuizen in Brussel moeten bij wet tweetalig zijn. In de praktijk is dat echter niet altijd het geval.

De federale regering heeft in het regeerakkoord afgesproken om daar nauwgezet op toe te zien. “Vandaag is het niet ongewoon dat Nederlandstaligen in de hoofdstad moeilijkheden ondervinden om zorg in hun moedertaal te krijgen, ook al is het de belangrijkste landstaal die door de meerderheid in dit land gesproken wordt”, klinkt het in het akkoord. “In een tweetalige regio is dit onaanvaardbaar. De regering zal erop toezien dat de wetgeving inzake het gebruik van talen wordt nageleefd, zodat patiënten in de Brusselse ziekenhuizen die onder de wetgeving vallen, in hun eigen taal kunnen behandeld worden dankzij tweetalige diensten.”

Die tweetalige diensten moet men zo snel mogelijk in de praktijk brengen, met oog voor een gegarandeerde zorgcontinuïteit. Het is niet duidelijk wat er te gebeuren staat als dat punt niet wordt gerealiseerd. Specifiek stond er ook nog dit: “We onderzoeken hoe we de dienstverlening voor beroertezorg voor de Nederlandstaligen in Brussel en in de Vlaamse rand kunnen garanderen.” Die zorg loopt blijkbaar ook niet van een leien dakje.

Juridische stappen

n afwachting daarvan komt er nu al een nieuw Vlaams meldpunt, besliste minister Weyts dus. Daar zullen alle klachten verzameld en geanalyseerd worden. Desnoods zullen er ook juridische stappen ondernomen worden tegen ziekenhuizen die de wetgeving met de voeten treden.

Minister Weyts roept iedereen op om klachten te melden op www.taalklachten.be. "zodat de omvang van het probleem voor iedereen duidelijk wordt en we echt actie kunnen ondernemen". "Ziekenhuizen die de wet niet naleven en die essentiële mensenrechten niet respecteren, moeten daarvoor wat mij betreft ook veroordeeld worden", besluit hij.

“Onterecht verwijt”

Dr. Kenneth Coenye, tot voor enkele jaren aan de slag als medisch directeur in Kliniek Sint-Jan, noemt zichzelf een 'ervaren Belg in de Brusselse ziekenhuiswereld'. Hij kijkt kritisch aan tegen dergelijke initiatieven. Zo vindt hij het onterecht dat Brusselse ziekenhuizen verweten wordt dat ze opzettelijk onvoldoende tweetalig personeel inzetten. “Los van of het al dan niet een “burgerrecht” is om in zijn of haar eigen taal geholpen te kunnen worden wanneer men ziek of gewond is, wordt er nog maar eens vanuit gegaan dat Brusselse ziekenhuizen te kwader trouw zijn en opzettelijk “de wet overtreden” door onvoldoende in te zetten op tweetalige artsen en medewerkers.”

Het UZ Brussel wordt aangehaald als voorbeeld, “maar dat ziekenhuis heeft een uniek statuut en leidt Nederlandstalige professionals intern op, iets wat niet geldt voor andere Brusselse ziekenhuizen”, licht hij toe. “De situatie in spoeddiensten is schrijnend, met enorme tekorten en zware werkdruk. Dat leidt tot een sterke afhankelijkheid van buitenlandse zorgverleners, die sneller Frans leren dan Nederlands.”

Lager loon spoedarts

Spoedartsen in Brussel werken onder extreem moeilijke omstandigheden, weet hij, -met meer agressie en disrespect dan elders- terwijl hun loon lager ligt dan in Vlaanderen. Daardoor moeten ook steeds vaker buitenlandse artsen worden aangeworven.

Daarnaast maakt de demografische realiteit van Brussel het volgens hem economisch onhaalbaar om alle zorgverleners Nederlands te leren. “Engels, Oekraïens of Arabisch zouden zelfs nuttiger zijn in de praktijk.” Coenye pleit voor technologische hulpmiddelen om taalbarrières te overbruggen, in plaats van ziekenhuizen te bestraffen of grootschalige taalopleidingen op te leggen.

Tot slot beklemtoont hij dat de meeste Brusselse zorgverleners wél inspanningen leveren om Nederlandstalige patiënten te helpen, en hij betreurt dat deze inspanningen onvoldoende erkend worden. Als gevolg dreigen sommigen het beroep op te geven: “Dat men niet komt klagen dat in plaats van Franstalige zorg, er plots géén zorg meer is.”

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.