Artsen in opleiding moeten leren om respectvol om te gaan met dikke mensen. Dat schrijft vijfdejaars arts in opleiding aan de Universiteit Antwerpen Fara Geerinck.
"Bang en verlegen sta ik op de weegschaal, terwijl de kinderarts met een afkeurende blik mijn gewicht noteert. Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) - de meest gevreesde en gehate plek van alle kinderen in de puberteit - had buiten mijn weten om een brief gestuurd naar mijn ouders: 'Fara is te dik. We raden aan dat ze onderzocht wordt.'"
"Zo beland ik enkele weken later in een kamer van het kinderziekenhuis. Ik zet me op een stoeltje dat al wat te smal is voor mijn 13-jarige billen. Om de gênante stilte te vullen, probeert de arts een praatje te maken en vraagt ze me wat ik later wil worden. Enthousiast flap ik er 'dokter' uit. Ze lacht even en zegt: 'Dat ga je allemaal zelf nog wel leren, eens je geneeskunde studeert.' Ik begrijp niet goed wat ze bedoelt. Ze kijkt voor het eerst op van haar dossier: 'Dat dik zijn slecht is, hé.'"
"Dat ze haar gelijk zou krijgen en dat die boodschap werkelijk een deel van ons lessenpakket zou uitmaken, had ik niet zien aankomen. Het academiejaar is weer begonnen en ik stond stil bij hoe vaak ik er al mee geconfronteerd ben."
Grappen over dikke mensen
"Tijdens een van mijn eerste lessen als student geneeskunde projecteerde de professor een powerpointslide met een foto van twee heel dikke mensen op. Een man met een bolle buik op de Grote Markt van Antwerpen en een vrouw in bikini die haar hangende buik over de achterkant van een pick-uptruck legt. Wat deze foto's met de les anatomie te maken hadden, was niet duidelijk. Mijn medestudenten konden er alleszins mee lachen. Grappen over dikke mensen worden wel vaker gebruikt om het ijs te breken."
"De professor wilde uitleggen dat het bij dikke mensen moeilijk is om de anatomische kwadranten van de buik te herkennen. Dat is vervelend voor artsen, was zijn punt. Hoe je dan wel die kwadranten bij dikke mensen herkent, werd ons die dag niet aangeleerd."
"Foto's als deze zijn niet zeldzaam in onze opleiding. Een klassieker is 'de dikke persoon die een hamburger eet', of nog 'de evolutie van aap tot mens die dan evolueert tot de dikke persoon die een hamburger eet'. Telkens gaan die foto's gepaard met een vetfobische mop die bijdraagt aan het voorbijgestreefde idee dat dik zijn een keuze is. Als ze nu gewoon wat beter naar een arts zouden luisteren, dan hadden we al die dikke mensen toch niet? Opmerkingen over hoe dikke mensen te dik zijn voor een CT-scan, te dik zijn voor een echografie, te dik zijn voor een naald … zijn niet irrelevant. Een grotere lichaamsmassa vereist inderdaad soms andere zorg. Zelfs de standaarddosis van een medicijn is niet altijd te vertrouwen als een patiënt 'overgewicht' heeft. Dat kunnen dikke vrouwen die ongewenst zwanger werden na het nemen van de morning-afterpil, je wel zeggen."
"Door lacherig of neerbuigend te spreken over dikke mensen tegen artsen in spe, wordt te vaak geïnsinueerd dat zij niet echt zorg verdienen. We leven in een maatschappij die hardnekkig vasthoudt aan het idee dat dik zijn ongezond is, maar niet onderzoekt hoe je de juiste zorg biedt aan die groep mensen die dat volgens diezelfde samenleving het meeste nodig heeft."
Snijzaal
"In het tweede jaar geneeskunde mogen we eindelijk de snijzaal binnen. Met mijn groepje sta ik rond het kadaver dat we de komende twee weken van kop tot teen zullen dissecteren: een vrouw die meteen wordt begroet met 'Zij is superdik!'. Dat vormt het startschot voor een reeks ongepaste uitlatingen over haar uiterlijk en een heleboel veronderstellingen over haar innerlijk."
"Ik hoor studenten klagen tegen een begeleider over hoelang ze bezig zijn geweest met vet uit haar been te scheppen, om daarna niet eens een spier tegen te komen die de moeite waard was om te bestuderen. De consensus van studenten en begeleiders lijkt te zijn: dikke kadavers zijn moeilijk, ongezond of gewoon walgelijk. Het spreekwoord 'over de doden niets dan goeds' geldt blijkbaar niet voor dikke mensen. Zelfs na de dood ontsnappen zij niet aan kritiek."
"Het vak 'diversiteit in de gezondheidszorg' biedt wat tegengewicht. Jammer genoeg komen weinig studenten voor de lessen opdagen. De focus in het vak ligt vooral op vooroordelen gerelateerd aan etniciteit, gender en sociaal-economische klasse. Ik zit in het vijfde jaar van de opleiding en nog altijd wacht ik op lessen over discriminatie op basis van gewicht. De afwezigheid van deze aandacht is stuitend in het licht van het groeiende bewijs dat dikke mensen lijden onder de vooroordelen in de zorg."
"Of men nu dikke mensen aanvaardt of niet, of dikke mensen werkelijk ongezond zijn of niet, zes Belgen op de tien zijn volgens de medische definitie dik. Wordt het dan geen tijd dat ook de artsen van de toekomst leren hen op een respectvolle manier te behandelen?"
Dit opiniestuk verscheen ook in De Standaard.