Een aantal kankers en zwangerschapscomplicaties zou in de toekomst in een vroeg stadium opgespoord kunnen worden door enkel een bloedstaal af te nemen. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van de KU Leuven. De analyse gebeurt op basis van het zogenaamd celvrij DNA in iemands bloed.
Naast het DNA dat in onze celkern zit opgevouwen, is er ook het zogenaamd celvrije DNA dat in ons bloed circuleert doorheen het lichaam. Deze kleine DNA-fragmenten dragen belangrijke informatie over onze gezondheid, waaronder informatie die artsen kunnen gebruiken om patiënten vroegtijdig te diagnosticeren, blijkt uit nieuw onderzoek van geneticus Joris Vermeesch (KU Leuven).
Vermeesch stond mee aan de basis van de ontwikkeling en uitrol van de gekende NIP-test (niet-invasieve prenatale test), die zwangere vrouwen kunnen laten uitvoeren om na te gaan of de baby risico loopt op onder meer het syndroom van Down of van Edwards. Door middel van een bloedonderzoek bij de moeder wordt het aantal chromosomen van de foetus nagegaan en kunnen de syndromen al dan niet opgespoord worden.
De nieuwe methode die de geneticus ontwikkelde, bouwt voort op de techniek van de NIP-test. "Bij de NIP-test tellen we eigenlijk het aantal DNA-fragmentjes", vertelt professor Vermeesch. "Nu zijn we ook de structuren zelf gaan analyseren. Zo blijken we heel veel informatie te kunnen halen uit de kleine celvrije DNA-fragmenten."
De onderzoekers keken naar de aantasting van verschillende weefsels in ons lichaam bij bepaalde ziektes. Daardoor verandert de samenstelling van celvrij DNA in ons bloed. Die verandering hebben de wetenschappers nu kunnen aantonen voor bepaalde zwangerschapscomplicaties en borst- en darmkanker.
Intussen zijn ook studies opgezet om de analyse van de bloedstalen voor het opsporen van nog andere ziektes te gebruiken. "We verwachten dat dat mogelijk zal zijn, ook voor bijvoorbeeld auto-immuunziekten", zegt de geneticus. "Het grote voordeel van deze methode is dat enkel een bloedstaal nodig is. Patiënten moeten geen invasieve staalnames ondergaan. Deze studie betekent niet dat patiënten vandaag in het ziekenhuis de nieuwe methode al kunnen gebruiken, maar we schatten in dat dat binnen vijf jaar wel mogelijk moet zijn."
Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Communications.