Spontane opwarming van kankercellen vermindert werking van chemo bij pancreaskanker

Een spontane temperatuurstijging in kankercellen zorgt voor een verminderde werking van chemotherapie. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de KU Leuven, die gepubliceerd is in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Communications. De bevindingen zijn belangrijk voor de ontwikkeling van nieuwe behandelingen.

In België worden jaarlijks zo'n 2.100 nieuwe gevallen van pancreaskanker vastgesteld. Zonder effectieve behandeling zijn de overlevingskansen voor patiënten laag. Sommige patiënten met pancreaskanker ondergaan een operatie waarbij tumorweefsel wordt verwijderd en meestal wordt een chemobehandeling opgestart. Helaas biedt chemo zelden een langdurig effect of een volledige genezing.

Onderzoekers van de KU Leuven ontdekten in een recente studie dat de reden hiervoor de temperatuur van het tumorweefsel zou kunnen zijn. In pancreastumoren ligt die namelijk ongeveer 1 graad Celsius hoger dan in gezond pancreasweefsel. "Zelfs een kleine temperatuurswijziging zorgt ervoor dat cellen zich anders zullen gedragen en dat hun metabolisme verandert", legt professor oncologie Johan Swinnen uit. "Het andere metabolisme kan een verklaring zijn waarom chemotherapie niet werkt zoals we zouden verwachten."

De onderzoekers namen de temperatuur van verschillende pancreastumoren bij patiënten tijdens een operatie en vergeleken die met de temperatuur in het gezonde pancreasweefsel. Hieruit bleek dat de tumorcellen een temperatuur hebben die ongeveer 1 graad Celcius hoger ligt. "Door de hogere temperatuur zijn er minder onverzadigde vetten in de kankercellen aanwezig. We ontdekten ook dat de huidige chemotherapie blijkbaar werkt door die onverzadigde vetten te laten oxideren. De vele geoxideerde vetten zorgen ervoor dat de kankercellen afsterven en patiënten kunnen herstellen", zegt postdoctoraal onderzoeker Vincent de Laat. "Als er minder onverzadigde vetten zijn, zal chemotherapie dus minder goed zijn werk doen en kunnen de kankercellen blijven groeien."

De bevindingen betekenen niet dat iemand met pancreaskanker zelf moet proberen zijn of haar temperatuur omlaag te krijgen. "Kankerpatiënten moeten niet massaal ijsjes eten of onder een koude douche gaan staan", zegt Swinnen. "Deze ontdekking gaat immers niet om onze lichaamstemperatuur, maar om een spontane, lokale verandering in de tumoren. Bovendien weten we nog niet welk proces er in kankercellen plaatsvindt om tot minder onverzadigde vetten te komen."

De resultaten bieden een nieuwe verklaring waarom chemotherapie niet altijd even werkzaam is voor patiënten met pancreaskanker. Verder onderzoek is nodig om behandelingen eventueel aan te passen.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.