Na een uitgelopen uiteenzetting afgelopen maandag over e-health in de medicomut, worden de messen geslepen voor de begrotingsonderhandelingen die echt van start gaan volgende week. Voor de specialisten zat het venijn vooral in de staart, met de hervormlng van de accreditering.
De Bvas pakt uit met een stevig eisenpakket dat als vertrekpunt focust op de lineaire indexering van de artsenhonoraria in 2018. "Het voorstel tot selectieve indexering dat op tafel ligt, is dus een donkere wolk boven de onderhandelingen", luidt het. Tussendoor weerklinkt een sneer over het regelmatig uitvallen van e-Health systemen. Tot slot waarschuwt het artsensyndicaat ervoor dat de hervorming van de accreditering op een besparing uitdraait.
Wat de lineaire indexering van de artsenhonoraria in 2018 betreft: op de indexmassa van 149,62 miljoen euro moeten de artsen 35,86 miljoen inleveren. Het bedrag van 113,76 miljoen euro dat overblijft, moet dienen om alle erelonen met 1,277% te indexeren, vraagt de Bvas. Een alternatief voorstel van medicomutvoorzitter Jo De Cock om sommige verstrekkingen met 1,5% te indexeren en andere verstrekkingen helemaal niet, is onaanvaardbaar voor de Bvas.
Verplicht elektronisch voorschrift
Het syndicaat van dokter Moens blijft samen met het ASGB aandringen op een gelijktijdige invoering van het verplicht elektronisch voorschrift met het verplicht gebruik van het EMD in 2020. Dat intussen e-Health en MyCareNet het geregeld laten afweten, is een steen des aanstoots voor beide syndicaten.
ASGB-voorzitter Reinier Hueting ergert zich aan het feit dat men het hulpvoorschrijfprogramma Paris niet zou willen beperken tot de incidentele voorschrijvers zoals oorspronkelijk beloofd. Voor extramurale specialisten die niet kunnen terugvallen op de informaticasupport van het ziekenhuis, is elektronisch voorschrijven sowieso te hoog gegrepen. Maar vooral eist dr. Hueting transparante communicatie hierover in de toekomst. "Overal elektronisch voorschrijven vereist sowieso betere internetverbindingen. Dit doen op huisbezoek kan alleen met 4G", geeft hij een schot voor de boeg.
Bvas-voorzitter Marc Moens hamert op meer kwaliteit, alleen al om het wantrouwen bij de artsen tegen te gaan. "Zolang de overheid geen Service Level Agreement (SLA) van 99,9% kan garanderen voor elk element in het systeem, zal het wantrouwen blijven. Als de SLA bijvoorbeeld slechts 99 % zou zijn, liggen de servers drie tot vier dagen per jaar uit. Dat is onwerkbaar."
Accreditering hervormen, maar hoe?
Op het einde kwam de accreditering ter sprake, een gevoelig punt waarvoor beide syndicaten een andere oplossing hebben. De Bvas gaat ermee akkoord dat historische gegroeide ongelijkheden onderzocht moeten worden, maar een hervormlng mag niet neerkomen op besparingen of een aanslag op bewezen kwaliteit. Het syndicaat van Reinier Hueting stelt dan weer voor om de grote ongelijkheden die via de accreditering bestaan tussen de specialisten, weg te werken. Hueting: "Een geaccrediteerde klinisch bioloog doet daar in verhouding meer voordeel mee dan een geaccrediteerde dermatoloog bijvoorbeeld. Wij stellen voor om die ongelijkheden in drie schijfjes weg te werken: volgend jaar de eerste 50%, de jaren nadien telkens voor 25%."