Orde: "Noodtoestand kan medisch geheim opheffen"

Onlangs friste de Orde van artsen een advies op over de eerbiediging van het medisch geheim. Wat als u verneemt dat uw patiënt het slachtoffer was van een misdrijf? Criterium voor de opheffing van dit beroepsgeheim is of er sprake is van een noodtoestand wegens groot gevaar voor de patiënt of een derde.

Moet u de procureur des Konings inlichten over feiten waarvan uw patiënt het slachtoffer was? De Nationale Raad onderzocht begin vorige maand deze vraag . Bij volledig oordeelsbekwame patiënten bespreekt u met hen de actiemogelijkheden om ze zelf eventueel de nodige stappen te laten ondernemen. Steeds moet u de vrije wilsbeschikking van de patiënt eerbiedigen (cfr. Patiëntenrechtenwet). U helpt de patiënt medisch, zowel fysiek als psychisch. Mocht het nodig zijn, dan verwijst u uw patiënt naar een speciaal daartoe opgerichte multidisciplinaire structuur om zijn probleem te behandelen.

Meent u dat uw patiënt of een derde die bij de zaak betrokken is, in groot gevaar verkeert (artikel 422bis van het Strafwetboek)? Enkel dan mag u uw beroepsgeheim opheffen omdat het een noodtoestand betreft. Dan kunt u dus de procureur des Konings zelf op de hoogte brengen van de feiten waarvan uw patiënt het slachtoffer was. Het komt u zelf toe om de afweging te maken tussen het beroepsgeheim en de wettelijke hulpverleningsplicht. Het Strafwetboek bevat geen verplichting om aangifte te doen bij de procureur des Konings. De aangifte gebeurt slechts als u niet in staat bent om alleen of met de hulp van derden de integriteit van de patiënt (slachtoffer) te beschermen (subsidiariteitsbeginsel). Meer details leest u hier.

P.S.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.