Artsen, ziekenhuizen en andere professionals en organisaties in de zorgsector ontvangen elk jaar gemiddeld meer dan 200 miljoen euro van farmaceutische bedrijven en ondernemingen die medische hulpmiddelen verkopen. Dat blijkt uit onderzoek van De Tijd samen met Knack, Le Soir en Médor.
Sinds 2017 zijn farmaceutische en aanverwante bedrijven verplicht alle betalingen aan te geven die ze doen aan artsen, ziekenhuisdirecteurs, tandartsen, verpleegkundigen en andere gezondheidsbeoefenaars, alsook aan ziekenhuizen, artsenpraktijken, patiëntenverenigingen en andere organisaties in de zorgsector.
BeTransparent, het register waar de bedrijven die betalingen moeten melden, moet een beter zicht op die geldstromen bieden. In de praktijk is het transparantieregister evenwel niet zo transparant, stellen de media vast.
Met de hulp van de Franse organisatie EuroforDocs hebben ze alle aangiftes van 2017 tot 2020 verzameld. Het gaat om bijna 134.000 transacties, die uiteenlopen van 1 euro tot meer dan een half miljoen euro per keer. Het geld stroomde naar 31.754 begunstigden langs diverse wegen: via schenkingen, contracten voor wetenschappelijk onderzoek, congressen en betalingen voor diensten en consultancy. In totaal gaat het om 875 miljoen euro in vier jaar.
Het grootste deel daarvan, 520 miljoen euro of 71 procent, was bestemd voor wetenschappelijk onderzoek. Met de hulp van universiteiten, artsen en ziekenhuizen hopen bedrijven bijvoorbeeld sneller behandelingen te ontwikkelen. Voor de bedragen met wetenschappelijk onderzoek tot doel hoeven de farmaceutische bedrijven niet te melden naar wie het gaat.
Enkele experts hebben bedenkingen over in welke mate geldstromen vanuit de farmaceutische industrie onze artsen en ziekenhuizen beïnvloeden. "Het is een illusie te denken dat firma's belangeloos grote sommen geld uitgeven", zegt Martine Van Hecke van de consumentenorganisatie Test Aankoop.
> Mdeon: samenwerking tussen industrie en zorgverleners cruciaal in belang van patiënt