"De coronapandemie is een marathon en die begint te wegen op het personeel." Dat zegt Gert Van Assche, hoofdarts van UZ Leuven. Hij is wel "gematigd optimistisch" over de komende weken. In het Leuvens ziekenhuis schommelt het aantal coronapatiënten de laatste weken rond de dertig patiënten.
Er verblijven maandag 28 COVID-19-patiënten in UZ Leuven. Zes krijgen intensieve zorg toegediend. De voorbije weken schommelde het aantal coronapatiënten steeds rond de dertig. Op het hoogtepunt van de pandemie begin november lagen er op twee momenten, op 5 en 9 november, zestig patiënten tegelijk op intensieve zorg, wat het hoogste aantal is dat UZ Leuven tegelijk heeft opgetekend.
"Het is de marathon die begint te wegen", zegt Van Assche. "Er zijn teams die al een jaar bezig zijn met COVID-patiënten te verzorgen. Dat begint lang te duren. Er zijn ook veel teams die opgesplitst moesten worden, omdat sommige afdelingen naar COVID-afdelingen moesten omgevormd worden. Dat teamgevoel dat wegvallen is, dat is zwaar."
Andere ziekenhuizen lieten de voorbije weken optekenen dat patiënten ernstiger ziek waren als ze opgenomen worden, maar dat lijkt voor UZ Leuven niet het geval te zijn. "Het zijn zowel patiënten die langdurig ziek zijn en dus voor een langere periode in het ziekenhuis verblijven, als mensen die kortstondig ziek zijn en snel weer naar huis kunnen. Er is geen grote lijn in te trekken."
"Gematigd optimistisch"
Van Assche is "gematigd optimistisch" over de komende weken. "Ik vind dat de overheid het verstandig heeft aangepakt en berekende risico's heeft genomen vorige week (op het Overlegcomité, red.). Als we de varianten onder controle krijgen, en als er meer en meer mensen gevaccineerd worden, zullen we dat ook zien in onze ziekenhuisopnames. Het feit dat de overheid eerst heeft ingezet op het vaccineren van het personeel, heeft ook enige rust gebracht."