De dading met ZNA-radiologen die eind vorige week bekend werd gemaakt, moet een zaak afsluiten die zowel nadelig was voor de radiologen in kwestie als voor het ziekenhuis ZNA Cadix. De dading betekent eigenlijk dat de samenwerking in onderling overleg werd beëindigd. Van ontslag is geen sprake. De zaak is wel een juridisch precedent dat in de toekomst geregeld opgevoerd zal worden en niet los staat van het huidige co-governancedebat ziekenhuizen-artsen.
Door de dading is het advies van de medische raad in deze zaak, zoals in principe procedureel vastgelegd, niet nodig. Deze stap kan ervoor zorgen dat aan verdere reputatieschade voor beide partijen een einde komt.
Gedeelde verantwoordelijkheid
Zoals een lezer opmerkt, gaat het in de kwestie over de aangehaalde 'fouten' ook om een gedeelde verantwoordelijkheid over de interpretatie van technische onderzoekingen tussen aanvrager en uitvoerder. De aanvrager moet ook steeds naast het protocol de beelden bekijken, en is hem iets onduidelijk dan dringt zich een overleg tussen aanvrager en uitvoerder. "Tijdens mijn loopbaan kwam ik meerdere keren per week naar de protocolzaal om samen met de radioloog de beelden te bekijken. Zelden heb ik daar andere aanvragers gezien. Dit is iets dat men aan studenten op de Universiteit moet aanleren. Dit wederzijds overleg is verrijkend voor beide partijen. Daarnaast dienen aanvragers duidelijker te zijn in het aanleveren van klinische gegevens die absoluut noodzakelijk zijn voor de radioloog."
Wat deze zaak specifiek betreft: de medische audit is nog lang niet afgerond, wat een potentieel vervelend juridisch staartje niet uitsluit. Ook politiek is het laatste woord nog niet gezegd. Zoals De Standaard terecht signaleert, worden ziekenhuizen grotendeels publiek gefinancierd en daar mag wel enige transparantie tegenoverstaan. Maar via deze dading zijn wellicht afspraken gemaakt om alles intern te houden in de hoop dat zo de onrust bekoelt.
Algemene regeling
Nu de zaak voorlopig enigszins ontmijnd is, kan dit dan wel weer de onderhandelingen ten goede komen over een nieuwe algemene en financiële regeling in het licht van een ziekenhuisfusie ZNA-GZA. Die moet eerstdaags rond geraken nadat ze eerder enkele maanden was uitgesteld. Het was waarschijnlijk niet eenvoudig om die laatste klip te nemen in dit klimaat. En dan belanden we automatisch bij het debat over co-governance ziekenhuizen-ziekenhuisartsen waar men lijnen probeert uit te zetten voor de toekomst. Daarin past ook een algemene regeling, met financiële en andere afspraken. Wie mag wanneer en hoe ingrijpen?
Disfunctioneel gedrag
Hoofdarts en ziekenhuisbestuurder hebben de plicht om maatregelen te nemen als de ziekenhuisarts zijn wettelijke verplichtingen niet nakomt, stipuleert het standaardwerk Gezondheidsrecht "Handboek Gezondheidsrecht" van Thierry Vansweevelt en Filp Dewallens (1). Het gaat dan eerder om een ordemaatregel, niet om een tuchtmaatregel. "Die laatste is een reactie op disfunctioneel gedrag die de kwalijke gevolgen van de disfunctie wil opheffen of verminderen. Een ordemaatregel mag niet meer lasten opleggen aan de ziekenhuisarts dan nodig is voor het herstel van de goede werking van de dienst", heet het. De opgelegde maatregelen moeten met andere woorden proportioneel zijn en adequaat.
In die zin vallen ook de reacties te begrijpen van de artsensyndicaten ("is de geijkte procedure gevolgd?") en de Belgian Society of Radiology, die haar bezorgdheden uitte.
Een tuchtsanctie ten aanzien van een ziekenhuisarts was tot nu toe enkel mogelijk voor zover in de algemene regeling een tuchtregeling opgenomen is, maar hier werd voor het eerst tevens de recente Kwaliteitswet ingeroepen. Het Handboek opperde die mogelijkheid al. Ook de Wet Patiêntenrechten vormt een basis om artsen aan te pakken in het licht van een (gebrek aan) kwaliteitsvolle dienstverlening.
De vraag blijft in hoeverre dit ingrijpen deze casus overstijgt en of de politieke, governance en fusiecontext mee een rol heeft gespeeld. Het antwoord daarop zal mee bepalen of de dading nu echt een punt zet achter het conflict.
> "Schorsing radiologen is complete schande"
> Radiologische errors: caveat emptor
> Grote bezorgdheid beroepsvereniging radiologen
(1) Handboek gezondheidsrecht, volume 1 (310-312), Thierry Vansweevelt en Filip Dewallens (eds), 2022 Lefebvre Sarrut Belgium NV. ISBN 987-94-000-1431-2