De strijd tegen vrouwenbesnijdenis in België wordt ondermijnd door een gebrek aan geharmoniseerd beleid tussen de verschillende gewesten. Dat zegt GAMS, de vzw die strijd voert tegen deze praktijk. Dinsdag is het Internationale Dag tegen Vrouwelijke Genitale Verminking.
In België wonen naar schatting meer dan 23.000 vrouwen die reeds geconfronteerd werden met genitale verminking in hun land van herkomst. Zo'n 12.000 minderjarige meisjes lopen dan weer het risico hiermee geconfronteerd te worden als er geen preventieve maatregelen worden genomen, zegt GAMS.
De meeste van die vrouwen en meisjes (16.500) wonen in Vlaanderen, 10.000 in Brussel en zo'n 8.800 in Wallonië. "Paradoxaal genoeg zijn in Vlaanderen de financiële middelen die de overheid ter beschikking stelt het laagst", zegt de vzw. "Het resultaat van dit gebrek aan politiek engagement is een toename van het aantal risicosituaties in Vlaanderen, met oproepen van professionals die nood hebben aan vorming en advies, en het team van GAMS dat overuren draait om alle meldingen op te vangen en het nodige te doen om meisjes te beschermen."
Steeds meer noodhulp
Volgens GAMS moet men steeds meer aan noodhulp doen in urgente risicosituaties, in plaats van preventief werk. Vorig jaar kwam de vzw tussen in 91 risicosituaties, bijna drie keer meer dan in 2022 (34). Ook dit jaar, hoewel pas begonnen, kreeg de vzw al een aantal urgente meldingen van een vermoeden van besnijdenis bij een meisje geboren in België.
De vzw vraagt dan ook "een geharmoniseerd beleid over de taalgrenzen heen". Ze pleit voor structurele financiering in plaats van een projectmatige benadering, "naar het voorbeeld van wat in Wallonië wordt gedaan voor ondersteunende diensten voor slachtoffers van seksueel geweld."
Daarnaast vraagt GAMS aandacht voor meisjes die aan het begin van het schooljaar afwezig blijven. "We hebben mede protocollen ontwikkeld voor risicosituaties betreffende genitale verminking en huwelijksdwang. Er bestaat momenteel echter geen enkel protocol voor het in veiligheid brengen van kinderen, vaak meisjes, die achterblijven in het land van herkomst van de ouders na vakantieperiodes." De vzw heeft dit opgenomen in haar memorandum voor verkiezingen.
Tot slot pleit de vzw voor het opleiden van professionals die in contact staan met de betrokken vrouwen en meisjes, bijvoorbeeld in de zorgverlening, het onderwijs, politie, jeugdwerk,..
