Op de eerste dag van de hoorzitting over zijn beleid tijdens het eerste jaar van de coronapandemie, heeft de voormalige Britse premier Boris Johnson toegegeven dat zijn regering de dreiging van het coronavirus aan het begin van de pandemie heeft "onderschat". Hij heeft ook toegegeven dat er "ongetwijfeld" fouten zijn gemaakt, waarvoor hij de volledige verantwoordelijkheid neemt en zijn excuses aangeboden "voor de pijn, het verlies en het leed" van de slachtoffers van de coronapandemie.
Aan het begin van 2020, dat Johnson "een tragisch, tragisch jaar" noemde, was het coronavirus zijns inziens nog niet uitgegroeid tot "een kwestie van nationale bezorgdheid", omdat de gegevens uit China verkeerd begrepen werden. Ministers hadden veel eerder moeten begrijpen dat actie nodig was, gaf de voormalige premier aan. Zelf zag hij de ernst van de situatie pas in februari 2020 in, toen hij de beelden zag van de corona-uitbraak in Italië.
"Het zou zeker fair zijn om te zeggen dat ik, het volledige establishment van Whitehall (een straat in Londen, waarmee verwezen wordt naar het regeringscentrum van het Verenigd Koninkrijk, red.) en onze adviseurs de schaal en het tempo van de uitdaging hebben onderschat", aldus Johnson. Hij gaf toe dat hij in maart 2020 coronapatiënten niet de hand had moeten schudden en dat hij massa-evenementen die maand had moeten annuleren.
"Achteraf is het misschien makkelijk om zaken te zien die we anders hadden kunnen doen of mogelijk om zaken te zien die we anders hadden kunnen doen", zei Johnson. "Op dat moment had ik het gevoel, en ik weet dat iedereen dat gevoel had, dat we ons best deden in zeer moeilijke omstandigheden om levens en de NHS te beschermen." Johnson beweerde dat hij "niet zeker" was dat de besluitvorming van zijn regering had geleid tot groter aantal sterfgevallen. Dat het Verenigd Koninkrijk zo'n hoog aantal coronadoden telde, weet hij aan de "extreem oude bevolking" en de bevolkingsdichtheid.
Gevraagd naar wat eerdere getuigen omschreven als een toxische werkcultuur in Downing Street, zei Johnson dat zijn team bestond uit "veel zeer getalenteerde mensen, zeer gemotiveerde mensen" die "onder grote stress en grote angst over zichzelf en hun prestaties, geneigd zullen zijn kritisch te zijn over anderen". Hij gaf wel toe dat zijn team te zeer gedomineerd werd door mannen.