Franse artsen vrezen de impact van al wat digitaal is op de relatie tussen artsen en patiënten. Op termijn zien ze grote risico’s: minder precieze en meer automatische diagnoses, minder ‘menselijke relaties’ en het risico om bepaalde patiënten uit te sluiten. Fragiele patiënten bijvoorbeeld.
Franse artsen zijn niet helemaal gerust wat telegeneeskunde betreft. Die geneeskunde wordt in Frankrijk sinds 15 september terugbetaald door de ziekteverzekering. Een recente peiling op de site van de Journal International de Médecine, JIM.fr, van 17 oktober tot 10 december bij 730 professionele zorgverstrekkers toont aan dat niet meer dan 20% van de artsen overweegt om telegeneeskunde-akten te verrichten in de komende twaalf maanden. “10% van de artsen aarzelt (ze zijn eventueel enthousiast over het principe maar ze zijn niet goed in de concrete en technische aspecten) en 70% is ervan overtuigd dat de telegeneeskunde geen deel zal uitmaken van de nabije toekomst.”
Telegeneeskunde met twee snelheden?
Het wantrouwen van Franse artsen wat telegeneeskunde betreft, werd in september al aangetoond in een peiling van de Quotidien du médecin. Daarin stelt 76,4% van de artsen dat ze nooit telegeneeskunde zouden aanbieden aan hun patiënten, ook al dringen MG France en de Confédération des syndicats médicaux français (CSMF) aan op de noodzaak om telegeneeskunde te integreren in het zorgparcours. Die mening wordt niet gedeeld door dr. Jérôme Marty die aan het hoofd staat van de Union française pour une médecine libre (UFML). Hij publiceerde onlangs een commentaar met als titel ‘Een arts kan nooit vervangen worden door digitale geneeskunde’, aldus JIM.fr. Dr. Marty vreest vooral dat telegeneeskunde zal leiden tot een geneeskunde met twee snelheden in het nadeel van fragiele patiënten en patiënten die niet mee zijn met de digitale technologie.
Artsen en patiënten zijn niet overtuigd
Een onderzoek bij 8.000 verzekerden van de Société française de télémédecine (SFT) en de Université de Montpellier toont aan dat “niet meer dan 5,2 % van de bevraagden bij de arts of de apotheker hoorde praten over telegeneeskunde. Dat gebrek aan dialoog met zorgprofessionals verklaart waarom amper 17,7% van de Fransen zegt te weten wat de principes van telegeneeskunde zijn. Meer nog, 51,9% van de Fransen zou wel te vinden zijn voor een teleconsult voor zichzelf, maar niet meer dan 17,3% zou dat overwegen voor zijn kinderen”.
Economisch voordeel
Maar in een andere studie, een onderzoek van de Association des laboratoires japonais en France (LajaPF) en het bedrijf IQVIA met de steun van Leem (Les Entreprises du Médicament) analyseerde de economische voordelen van telegeneeskunde, waaronder telesurveillance voor bepaalde patiënten met hypertensie, teleconsultaties met een uroloog voor patiënten met prostaatkanker die een prostatectomie ondergingen, tele-expertise met een oftalmoloog voor patiënten met type 2-diabetes met een vermoeden van diabetische retinopathie.
De onderzoekers stelden vast dat in vergelijking met klassieke behandelingen, telesurveillance bij patiënten met hypertensie tot een besparing van 322 miljoen euro per jaar zou kunnen leiden. Dat is 14% van de huidige uitgaven. Wat prostaatkanker betreft zou de besparing kunnen oplopen tot 21% (4,3 miljoen euro) en tot 9% (8 miljoen euro per jaar) voor de opsporing van diabetische retinopathie.
Naast de financiële aspecten herinneren de auteurs van het onderzoek er aan dat telegeneeskunde de follow-up en de levenskwaliteit van de patiënten lijkt te verbeteren. “Telesurveillance bij patiënten met hypertensie zorgt bijvoorbeeld voor meer therapietrouw en doet zo het risico op een CVA dalen met ongeveer 30%. Daarnaast bevordert telegeneeskunde de autonomie van de patiënt en dat is een belangrijke factor als je kijkt naar de toename van chronische ziekten.”
In afwachting zijn artsen nog altijd sceptisch…