Morgen opent kersvers secretaris-generaal van het VBS Marc Brosens het eerste deel van ons congres MeMHo. Dokter Brosens geeft als voorsmaakje alvast in telegramstijl enkele van zijn opvattingen mee over onder meer zijn specialisme (radiotherapie), het VBS, de spoed versus de eerste lijn, en de ziekenfondsen.
- “Radiotherapie: "Geen eenvoudig vak. Veel secuurder nu dan pakweg enkele jaren geleden. Maar sterft er iemand van een bestraling: alle kranten staan er morgen over vol. Gebeurt hetzelfde met chemotherapie, dan blijft het stil.”
- “We moeten ervan af dat iedereen professioneel hetzelfde wil. Laat alle subspecialisten die bij hetzelfde domein betrokken zijn, rond de tafel zitten. Niet bij de minister, niet bij het KCE, maar vooraf bij ons op het VBS om een gezamenlijk standpunt in te nemen. Het is makkelijker om op tafel te kloppen als niemand van buitenaf zit mee te kijken.”
- “Ik heb Steve Stevaert goed gekend. Zijn stelling: “Wat wil een zieke? Gezond worden.” Als hij niet meer gezond kan worden, laat hem voelen dat je als arts naast hem staat. Ik gaf indertijd heel veel voordrachten voor kankerpatiënten. Soms hoorde ik dat ze een diagnose gekregen hadden op een manier die alle verbeelding tart. Per telefoon, of op een zeer botte manier… gelukkig verandert dat nu. Een ziekenhuis moet een gezondheidscentrum worden.”
- “De arts is de beschermer van de patiënt, niet het ziekenfonds, wat dat ook mag beweren. Als voor mij een patiënt zit die 60% overlevingskans heeft, dan probeer ik alles opdat hij bij die 60% zit en niet bij de 40% anderen. De meeste artsen reageren zo en soms is oncologie is in dat opzicht nog ingrijpender dan andere domeinen.”
- “Het belang van het VBS is dat als een specialisme wil spreken over terugbetaling, de beroepsgroep wordt uitgenodigd op de werkgroepen als we niet over ons budget Gaan we wel over het budget, dan is het aan de artsensyndicaten om erover te discussiëren op de medicomut. Maar wie blijft er vandaag nog binnen zijn budget? Twee disciplines hebben een gelimiteerd budget: de radiologen en de klinisch biologen. Elk jaar moeten die inleveren. Indertijd werkte ik in een miljoenenstad met twee NMR’s. Ik kom in Hasselt: er staan er drie en 10 km verder in het ZOL nog eens twee”
- “Onze spoed wordt in het weekend overspoeld met de meest uiteenlopende gevallen, meestal eerstelijnsgeneeskunde. Ik kan de spoedarts uit Dendermonde met zijn open brief in De Specialist (bedoeld wordt: Kris Permentier, n.v.d.r. ) waarbij hij de patiënten op hun plaats zet, verstaan. Maar ik weet niet of ik hetzelfde verhaal in Wallonië kan vertellen. Daarvoor moet je een ongelofelijke diplomaat zijn, Marc Moens was en is er een meester in om die brugfunctie te vervullen. Ik weet niet of ik dat zal kunnen. Een secretaris-generaal moet een meester-diplomaat zijn, maar ook zeer gedreven. Ik was dolgraag voorzitter van de radiotherapeuten omdat we met een sterke groep waren die ervoor ging.”
- “Door het feit dat we ziekenfondsen hebben, hebben we minder controle op wat er gebeurt. Alle respect voor de mensen die daar werken, maar ze monopoliseren alle gegevens.”