Een overgrote meerderheid van de Amerikaanse artsen en zorginstellingen (99%) meent dat sociale netwerken -niet alleen sociale media- potentieel nuttig zijn in de gezondheidszorg, vooral voor de behandeling van chronische ziekten (85%) en de promotie van gezond gedrag (78%). Het een en ander blijkt uit het NEJM Catalyst Insights Council Report.
Uit de peiling in de New England Journal of Medicine blijkt dat artsen, directeurs en managers in de zorg sociale netwerken zien als een grote kans om de gezondheid van patiënten te verbeteren. Drie vierde van de leden van de Insights Council zegt dat hun organisatie gebruik maakt van een of andere vorm van sociale netwerken om zorg te verstrekken, maar 90% zegt ook dat die netwerken nog niet matuur zijn.
Artsen zien het meeste heil in sociale netwerken in de vorm van specifieke patiëntenverenigingen (75%), netwerken van familie en vrienden (66%), maar ook in sociale media zoals Facebook (39%).
Face-to-face communicatie (al dan niet in groep of training) is voor twee derde van de respondenten (69%) de meest doeltreffende communicatiemethode, maar de respondenten geven ook toe dat virtuele connecties, zoals in sociale media, terrein zullen winnen, net zoals sociale media platforms een stabiel communicatiekanaal kunnen zijn voor jonge patiënten.
Sommige respondenten tonen zich bezorgd over de privacy van sociale media. Maar anderzijds is het zo dat ontelbaar veel mensen al jarenlang gebruik maken van sites zoals die van de AA, zonder dat daarbij ook maar gerept werd over privacy-kwesties als barrière, aldus de NEJM. Andere respondenten maken zich dan weer zorgen over de kwaliteit en de accuraatheid van de informatie die patiënten krijgen via sociale media en sociale netwerken en over terugbetaalmodellen om de tijd, de middelen en de moeite die in sociale media gestoken worden te rechtvaardigen.
En wie moét betrokken worden bij de ontwikkeling van sociale media en netwerken? Patiënten, artsen en verpleegkundigen, zo zeggen de expert-respondenten. “Zij zijn de mensen die moeten bepalen hoe de media gebruikt worden en met welke tools.”
