Meer dan zestig procent van de plasmadonoren bij Rode Kruis-Vlaanderen zijn vrouwen. Dat blijkt donderdag uit cijfers van de organisatie. Een mogelijke verklaring hiervoor kan liggen in het feit dat de eisen voor bloeddonatie strenger zijn dan die voor plasmadonatie, waardoor veel vrouwen enkel plasma mogen doneren.
In 2024 waren er meer dan 40.000 plasmadonoren bij Rode Kruis-Vlaanderen. 24.400 daarvan zijn vrouwen, 17.300 zijn mannen. "Vrouwen geven vaker plasma dan mannen. We zagen ongeveer evenveel vrouwen als mannen voor bloeddonatie, maar bij plasmadonaties was 60 procent van de donoren vrouw", zegt Nathalie Bergs, hoofd Donormanagement van Rode Kruis-Vlaanderen.
Plasma doneren kan om de twee weken, bloed doneren kan maar vier keer per jaar. Gemiddeld doneren plasmadonoren, ongeacht hun geslacht, vier keer per jaar. Bij bloeddonaties is dat gemiddeld twee keer per jaar voor mannen en 1,7 keer voor vrouwen.
"Er zijn verschillende verklaringen waarom vrouwen vaker plasma doneren," zegt Bergs. "We zien dat vrouwen over het algemeen vaker bereid zijn om bloed of plasma te doneren. Voor bloeddonaties zijn de eisen echter strenger: het totale bloedvolume in je lichaam moet hoog genoeg zijn en je moet een voldoende hoog hemoglobinegehalte hebben. Vrouwen hebben gemiddeld minder bloed dan mannen, en ze zijn ook vatbaarder voor een ijzertekort (ijzer is nodig voor de aanmaak van hemoglobine). Hierdoor kunnen sommige vrouwen soms alleen plasma geven en geen bloed."
Slechts tien procent van de donoren gaf bloed én plasma, de overgrote meerderheid doneert slechts één van beide. "Rode Kruis-Vlaanderen moedigt donoren actief aan om zowel bloed als plasma te geven. "We zijn onze donoren ontzettend dankbaar. Dankzij hen kunnen we letterlijk levens redden. Voor bloed zijn we vandaag volledig zelfvoorzienend, maar voor plasma zijn we dat nog niet. Alle donoren zijn dus meer dan welkom", besluit Bergs.