De ministerraad heeft vrijdag het licht op groen gezet voor het koninklijk besluit dat het akkoord uitvoert dat einde mei werd bereikt over de minimale voorwaarden die moeten opgenomen worden in de opleidingsovereenkomsten van artsen-specialisten in opleiding.
De collectieve overeenkomst bevat bepalingen die de loonvoorwaarden moeten harmoniseren, inclusief de toeslagen voor oncomfortabele uren. Daarnaast legt ze bijkomende vergoedingen vast en komt er een onafhandelijk tijdsregistratiesysteem om de uitwassen in de sector tegen te gaan. Voorts worden er afspraken gemaakt over de verlofstelsels en over bepaalde maatregelen inzake sociale bescherming.
De overeenkomst treedt in werking vanaf het academiejaar 2021-2022 en zal door de stagemeesters en ziekenhuizen toegepast worden vanaf de datum die in het stageplan van de arts-specialist in opleiding is bepaald als beginpunt van het nieuwe academiejaar. Elke twee jaar komt er een evaluatie van de overeenkomst. De eerste is eind 2022 voorzien.