Tijdens het marathondebat over de regeringsverklaring in de Kamer drong Steven Coenegrachts (Open Vld) aan op duidelijke cijfers over de groeinorm de volgende jaren. “Wat is de groeinorm? Wat is het percentage van de groeinorm voor 2025, 2026 en 2027? Waar in het regeerakkoord vind ik dat? Op welke bladzijde staat dat?”, wou hij weten van minister Vandenbroucke.
Minister Vandenbroucke kroop voor zijn antwoord weer even in de huid van een professor: “Met een beetje rekenwerk kunt u uit de tabel afleiden wat de onderliggende hypothese is. Ik zal u helpen. De onderliggende hypothese is een reële groeinorm bovenop de volledige, integrale indexering van alle vergoedingen voor zorgverleners. De onderliggende hypothese is een reële groeinorm van 2,5 % in 2025”.
De jaren nadien wordt die groei wel wat gematigd: “We gaan naar 2% groei bovenop de index in 2026, en nog eens 2% bovenop de index in 2027.”
Vervolgens moet er weer een verdappering van de groeinorm komen in 2028, aldus de minister, en wel “omdat we weten dat de noden groot zijn”, dixit de minister. Dan wordt de groeinorm opgeschroefd naar 2,6 % in 2028 om in 2029 uit te komen op 3%.
“Terwijl we elders netto een inspanning van 23 miljard euro doen, zullen we investeren in landsverdediging, justitie, veiligheid en zorg voor mensen”, verdedigde Frank Vandenbroucke het regeringsakkoord. “Die investering in zorg is, bovenop de volledige indexering in 2029, een marge van 3,9 miljard euro, structureel, op jaarbasis, in het budget.“
"Meer gezondheid voor ons geld"
Wel hield hij een slag om de arm: “Gaan we ondertussen ook moeten bijsturen? Ja, maar niet elke uitgavestijging is een goede uitgavestijging. (…) Er zal dus hard moeten worden gewerkt om ook de uitgaven in de gezondheidszorg op het goede spoor te houden. Dat betekent meer gezondheid voor ons geld.”
Zijn besluit: “Als u mij vraagt om het regeerakkoord samen te vatten, dan zou ik zeggen: meer geld voor gezondheidszorg en meer gezondheid voor dat geld. Dat is de inzet.”